heid aan den dag. De beschrijving van zijn huis en huisgezin, de schets der leefwijze van andere dorpelingen, de schildering van kermisvreugde, van bruiloft en begrafenis enz., alles is doorgaans overeenkomstig natuur en waarheid. Een reisje door andere gedeelten van Noord-Holland geeft gelegenheid tot het vermelden van plaatselijke bijzonderheden ginds en elders, welke misschien niet algemeen bekend zijn. Van dien aard is b.v. het volgende, dat, bl. 161, aangaande het slot te Schagen wordt verhaald: ‘Merkwaardig zijn de porfiersteenen pilaren op de groote zaal, welke de voorste hoeken van den schoorsteen onderschragen; ik zag dezelve met bewondering, zoo glad en glansrijk als zij waren. Belangrijker nog zijn deze sieraden van dit slot, als men daarbij verneemt, dat een der Heeren van Schagen dezelve op eenen kruistogt uit Afrika heeft medegebragt, uit de puinhoopen van eene aloude stad, Carthago genaamd.’
Rec. meent bl. 77. reg. 9 en 11. eene druk- of schrijffout opgemerkt te hebben in de plaatsing der woorden: ter regterzijde en aan hunne linkerhand. Voorts staat bl. 173 voldoenend in plaats van voldoende. Kan de zon eene koesterende warmte mededeelen aan levenlooze schepselen? De planten, hier (bl. 47) blijkbaar bedoeld, hebben immers een groeijend leven. Ook bloeijen de bloemen te Uitgeest wat vroeger in het jaar, dan bl. 105 schijnt aangeduid te worden. Maar deze kleine onnaauwkeurigheden zijn naauwelijks noemenswaardig. Een lief plaatje, het woonvertrek van een' Noord-Hollandschen boer voorstellende, versiert het titelblad.