Het gunstig onthaal, aan den Willem Baarland, des Schrijvers eersteling, ten deel gevallen, bemoedigde denzelven, om deze Tafereelen en Herinneringen aan te bieden, die wij, over het geheel, met genoegen gelezen hebben, en onder andere werken van zoodanigen aard eene plaats waardig achten.
Baudina, of de waardige Echtgenoote, is het opschrift van het eerste verhaal, waarin een edel vrouwelijk karakter wordt geteekend, dat hoogachting moet inboezemen. Baudina deed eene verstandige huwelijkskeus; maar kwalijk gewijzigde eerzucht was oorzaak, dat haar man in vertrouwelijken omgang met slechte menschen geraakte; hij werd uithuizig, verloor de achting der weldenkenden, bragt met spel en lichtmisserij een gedeelte van zijn vermogen door, stond op den rand des verderfs - maar de liefderijke vrouw, welke al het mogelijke tot zijn behoud deed, zag hem eindelijk op den weg der deugd terugkeeren, en mogt met echtgenoot en kinderen nu weder huiselijk geluk smaken. - Voor jongelingen en meisjes, ook voor gehuwden, komen hier belangrijke wenken voor.
Dan volgen, onder den titel: Mijne huiselijke Herinneringen, vier kleine stukjes: De Lijdende, De Huichelaar, De Ongodsdienstige, De Godsdienstige. Deze schetsen, door Baudina, zoo het heet, vervaardigd en hare denkwijze doende blijken, zijn goed, doch behelzen bekende dingen, en munten niet bijzonder uit.
Zeer gelukkig mogt de Schrijver slagen in het tweede Tafereel: Johanna van Riemsdijk, of de afgedwaalde Dochter - een onderhoudend, bijzonder treffend, leerzaam, treurig waarschuwend verhaal. Een veelbelovend meisje, de hoop en vreugde harer brave ouders, had op school, waar zij onderrigt in vrouwelijke handwerken ontving, laffe romans leeren kennen, die haren smaak bedierven; hetgeen de aanleidende oorzaak van volgende jammeren werd. Tot proeve schrijven wij niets af, maar wenschen, dat het geheele stuk gelezen worde. In hetzelve vindt men menigen wenk, die ook thans vooral opmerking en behartiging verdient.
Verder geeft de Schrijver nog drie stukjes, door hem Schetsen genoemd, en getiteld: De twee wegen, Het aandenken bij het verlies van dierbare panden en betrekkingen, De laatste ure. De beide laatsten zijn kort, en bevelen zich niet bijzonder aan door nieuwheid van gedachten of van voorstelling; evenwel bevatten ze veel goeds. De twee wegen zijn die der ondeugd en der deugd. De bedoeling is zeer te prijzen;