Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1833

De merkwaardigste Veldtogten der Russen, van de vroegste tijden af tot op onze dagen. Uit de geloofwaardigste bronnen opgemaakt door J.B. Schels, Lid van de Zweedsche Akademie der krijgskundige Wetenschappen te Stokholm, enz. Uit het Hoogduitsch. Te Amsterdam, bij J.C. van Kesteren. 1832. In gr. 8vo. 368 Bl. f 3-25.

Dit boekdeel behelst alleen het verslag van de merkwaardigste veldtogten der Russen tegen de Turken; het begint, na korte verwijzing tot de vroegere geschiedenis, eigenlijk met de inneming van Azof door de Kozakken, in 1637, en eindigt reeds met den veldtogt, onder de regering van katharina II, in 1770; zoodat zelfs de latere krijgstogten tegen de Turken, b.v. onder Keizer alexander, en vooral onder Keizer nikolaas, de belangrijkste van alle, hier ontbreken. De reden is, dat de vervolgdeeltjes van het oorspronkelijke werk slechts langzaam verschijnen. In volgende deelen hebben wij dus de nieuwere oorlogen tegen de Turken, en de krijgstogten der Russen tegen andere volken, te wachten. Dit neemt niet weg, dat het boek, gelijk het ligt, een geheel maakt, mits men er, in zijne verbeelding, eenen anderen titel aan geve. Beter oordeelen wij dus, dat men dit boekdeel alleen koope, met inzigt om zich ook de volgende deelen aan te schaffen; dan is de inhoud de kosten wel waardig, ten minste indien de volgende deelen uit zoo goede

[p. 360]

bronnen, met even veel oordeel, geput worden, en zich even aangenaam laten lezen, als het tegenwoordige; iets, hetwelk men van den oorspronkelijken Schrijver wel hopen mag. Zijne geschied- en krijgskundige kennis zijn ons hiervan een waarborg. - In het vervolg wachte de Vertaler zich voor schrijffouten als de volgende, of verbetere die bij het overbrengen, indien zij in het oorspronkelijke voorkomen: bl. 54. ‘Met dit oogmerk vielen zij (de Tartaren) op den morgen van den 18 Julij het Turksche [lees Russische] leger van twee kanten aan.’ Bl. 78. ‘Het krijgstooneel zou diep in Rusland [lees Turkije] geplaatst zijn geworden, en daardoor Rusland en Polen het best tegen de invallen en verwoestingen beschermd zijn geworden.’ Bovendien kon hetzij dat eerste, hetzij dat tweede zijn geworden veilig zijn weggelaten. Als dit werk volledig wordt, zal het eene belangrijke plaats in eene historisch-krijgskundige boekerij beslaan. De Vertaler werke dus voort met ijver, doch vooral met oordeel, aandacht en getrouwheid.