Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1832

Vlaggen.

Met genoegen las ik de aanmerkingen over de Hollandsche vlag, alsmede die over de Engelsche en Fransche vlaggen. Zou men uit de vlaggen ook tot het lot der Staten kunnen besluiten; gelijk in bewuste stukje (Letteroef. voor 1831. Mengelw. bl. 681) tot de staatkunde der volken verband gevonden werd? - Ik wil mij aan deze fantaisie overgeven.

Zoo dikwijls ik vóór 1814 de Fransche vertikaal-driekleurige vlag zag, en niettegenstaande napoleon op het toppunt zijner grootheid was, kwam het mij reeds voor, dat die vlag van drie kleuren, vertikaal geplaatst, eene voorspelling behelsde van verdeeling van dat Rijk. Immers, bij het slijten van de vlag door den wind, vergaat er eene geheele kleur, ook dán zelfs, wanneer de panden der vlag horizontaal zijn, en dus de drie kleuren niet vertikaal aan elkander zijn genaaid. Ik heb enkele vlaggen gezien, waar de naden horizontaal waren, en dus het doek driekleurig geverwd was. Dit houdt langer tegen; maar op het slot is de uitkomst dezelfde: het verlies van eene geheele kleur, waardoor de vlag ophoudt eene drie-kleurige te zijn, dat bij het horizontale der kleuren nimmer het geval zal zijn.

Die uitkomst (verdeeling) heeft in 1814 en 1815 geene plaats gehad, ofschoon het in 1815 reeds door den aard der zaak aangewezen werd: doch wat in die jaren

[p. 586]

niet gebeurde, kan welligt in 1832 of 1833 of nog later plaats grijpen; zeker niet door een finaal en irrevocabel Protocol, maar op ernstiger wijze!

De Belgische vlag! Ja, hoe is die? Dat is nog een vraagstuk! Volgens een besluit van het provisoir Gouvernement, toen potter nog aan het hoofd was, is het ook eene vertikaal driekleurige vlag; zijnde rood, geel en zwart, en dan het zwart aan den stok en het geel in het midden. Zoo dit doorging, zou het ook de verdeeling van België voorspellen, en dit ongelukkig geworden plekje gronds in Europa in Frankrijks lot eenmaal deelen; en groote onregtvaardigheid zou daarin niet bedreven worden. Doch dit besluit is maar ten halve uitgevoerd! Sommige Bataljons hebben de vaandels vertikaal gekleurd; maar op de publieke, zelfs Militaire gebouwen wapperen de kleuren, rood boven, geel in het midden en zwart onder, horizontaal; en blijft dit zoo, ongeacht het besluit des provisoiren Gouvernements, en de scrupule mededeeling van hetgene de Belgische vlag is aan de Londensche Conferentie!!! dan schijnt mij die vlag eene quasi restauratie te voorspellen, die de tijd moet daarstellen: immers het geel verbleekt door de werking van licht en lucht zoodanig, gelijk ook het zwart, dat het bijna niets, vooral op een' afstand, (en daarvoor dienen toch voornamelijk de vlaggen) van wit en blaauw verschilt. Geen Hollander schrikke op het denkbeeld van eene quasi restauratie! Hij zou daardoor aan mijne voorspellingsneiging te veel eer aandoen. Intusschen zou de steller hieraan toch, in zijne staatkundige onkunde, de voorkeur geven boven de souvereiniteit van België te laten in handen van iemand, die altijd onder Franschen of Engelschen invloed, of welligt onder beide, zou staan; hetwelk, ook in vollen vrede, zoo als helaas! de gebeurtenissen bewezen hebben, en nog bewijzen, zeer noodlottig voor Holland, immers voor zijne finantiën, kan zijn. Neen! België, administratief gescheiden, onder de souvereiniteit van nassau, en dan-neutraal, zou, dunkt mij, voor Holland dát zijn, wat de woestij-

[p. 587]

nen, die Perzië van de Indiën scheiden, voor de Engelschen zijn; en nog meer! want de neutraliteit der woestijnen heeft de Conferentie te Londen nog niet irrevocabel en finaal, behoudens ratificatie, geprotocolleerd. En natuurlijk; indien de Engelsche vlag zoo wel het lot van dat Rijk voorspelt, als den geest van het Ministerie teekent, in het spinrag-kruis, in den bovensten hoek dier vlag geplaatst, gij ziet daaruit toch, dat dit spinrag wel het laatste van geheel de vlag den stok verlaten zal.

Men neme deze aanmerkingen voor hetgene zij zijn. Als st. nikolaas met zijne Heiligen (niet die van 6 Dec.) rijden gaat, kon er echter nog wel het een of ander soortgelijks in Europa voorvallen, dat aan deze Vlaggenprofetie deed denken.

28 Januarij, 1832.^(*)

(*) 3 Julij 1832. Dit stukje, in een' oceaan van papieren verzonken, kwam toevallig boven.