Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1832
(1832)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 402]
| |
Faunus; het is eene der grootste en prachtigste woningen van de opgegravene stad. Men heeft er herhaalde malen voor de wetenschappen belangrijke ontdekkingen gedaan. Mosaïk, of ingelegd werk, brons, gouden versierselen, gegraveerde en edele gesteenten zijn vóór en na uit de verlatene vertrekken van dit gebouw overgebragt in de zalen van het Museum Bourbon. Nieuwe schatten werden onlangs ontdekt en naar Napels vervoerd, bestaande in vier stukken mosaïk van natuurlijke kleur, welke, in naauwkeurigheid, fraaiheid en belangrijkheid van voorwerpen, alles, wat wij van dezen aard uit de oudheid bezitten, verre schijnen te overtreffen. Drie derzelven, geplaatst bij den ingang van eene der kamers aan den tuin, hebben drieëntwintig Napelsche palmen lengte en twee en een half hoogte. Daarop ziet men den loop des Nijls afgebeeld, benevens eene vlugt watervogels; voorts allerlei daar groeijende planten, onder anderen den papyrus, en onderscheidene amphibiën, zoo als den krokodil, den kikvorsch, de slang en het gedrogtelijk rivierpaard, welks gapende muil uit het water uitsteekt. Deze ontdekking, de opmerkzaamheid der Oudheidkundigen allezins waardig, is niet minder belangrijk voor den schilder en natuurkundige. De laatste vooral kan er de oplossing vinden van verscheidene wetenschappelijke vraagstukken, welke door de wijsheid der Ouden waren voorgesteld geworden onder beelden, waarvan wij de geheimzinnige beduidenis nog niet weten. De voormalige eigenaar van dit huis schijnt bijzonder smaak voor dieren gehad te hebben; want het vroeger aldaar gevonden en reeds bekend mosaïk-werk verbeeldt meerendeels visschen, ganzen, duiven, en ook katten. Alle deze verschillende afbeeldingen van dieren maken eene afzonderlijke verzameling van oudheden uit in het Koninklijk Museum te Napels. Het vierde, laatst opgegraven stuk mosaïk is negen en eene halve palm hoog en negentien lang. Hetzelve heeft eene fraai versierde lijst, en behoeft noch in schoon- | |
[pagina 403]
| |
heid, noch in rijkdom voor de drie anderen onder te doen, alhoewel de afgebeelde voorwerpen grootelijks verschillen. Op eenen effenen, witten grond is een veldslag afgebeeld. De personen hebben omtrent eene hoogte van vier en eene halve palm. Een ruiter, in prachtige Grieksche wapenrusting, wordt als strijdende voorgesteld. Zijn helm ligt voor de voeten van zijn paard, zoodat men zijn jeugdig hoofd ontbloot ziet en zijn krijgshaftig gelaat aanschouwt. Zijn nog opgeheven arm heeft juist met eene werpspies een vijandig krijger getroffen, die met onbeschrijfelijk gevoel van smart nederzijgt op zijn paard, dat reeds was getroffen en in zijn bloed drijft. De kleedij, de wapenen, alle de versierselen van dit tweede beeld schijnen eenen Perziaan aan te duiden. De personen, die dezen krijgsman omringen en hem gelijken in hoofd- en kleedertooi, betreuren in hem een opperhoofd en hebben op hun gelaat de uitdrukking van diepe droefheid. De gelaatstrekken van allen verschillen nogtans, naar mate van ieders bijzonder karakter, waardoor eene groote verscheidenheid in de voorstelling komt. Wapenen, paarden, doode en stervende krijgslieden liggen allerwegen; en onder de banieren der vlugtende vijanden bemerkt men eene roode, op welke een haan afgebeeld is, waarvan de tijd slechts den kop en den kam gespaard heeft; het overige ziet men niet meer. Aan de zijde van den overwinnaar is het stuk minder goed bewaard gebleven. De overwinnaar zelf, een gedeelte van zijn paard, en eenigen der krijgslieden, die hem volgen, zijn meer of min door den tand des tijds beschadigd geworden. Men kan bovendien bemerken, dat het geheel reeds eenige herstelling door de handen der kunstenaars van Pompeji ondergaan had. De Oudheidkundigen te Napels meenen hier eene afbeelding van den veldslag bij de rivier Granicus, volgens de beschrijving van arrianus, te zien; zij wilden zelfs eene treffende gelijkheid tusschen alexander van Macedonië en het gelaat van den overwinnaar | |
[pagina 404]
| |
te paard vinden. Omtrent de schoonheid van het stuk is er slechts ééne stem; ieder beschouwt het met groote bewondering. |
|