alphabetische orde, en eene aanwijzing van geschriften over dit onderwerp. De orde wijkt dus, even als het geheele plan, in vele opzigten van hufeland's Makrobiotik af.
De Vertaler schijnt zich van zijne taak goed gekweten te hebben. Wij willen hem echter, vooral omdat zulks zoo vaak herhaald wordt, opmerkzaam maken, dat de klagt van mozes over de kortheid des levens (aangaande de dagen onzer jaren, daarin zijn zeventig jaar, of, zoo wij zeer sterk zijn, tachtig jaar) geenszins betrekking heeft op den toenmaligen leeftijd der menschen in het algemeen. (Zie Voorrede, bl. XIX.) Wij weten toch, dat mozes zelf 120 jaren oud was, toen hij stierf (Deuteron. XXXIV:7), en dat, na hem, josua in den ouderdom van 110 jaren overleed; zoodat destijds de leeftijd der menschen meer gerekt was, dan in dezen tijd het geval is, waarin wij de woorden van mozes in eenen zin kunnen toepassen, dien zij oorspronkelijk niet bezitten. Ook blijkt uit den zamenhang dezer woorden (in den XC Psalm), dat zij betrekking hebben op het strafvonnis, behalve aan kaleb en josua, aan allen te voltrekken, die meer dan twintig jaren oud waren, toen zij Egypte verlieten, en welke in de woestijn moesten omkomen, eer Kanaän bemagtigd werd.
Dit boekje maakt een gedeelte uit van de Encyclopédie portative, welke te Parijs onder de directie van bailly de merlieux wordt uitgegeven. Het woord portative is zeker op elk deeltje zeer goed toepasselijk, maar is met het denkbeeld eener Encyclopédie zeer onvereenigbaar. Ook zoude het waarlijk moeijelijk zijn, alle deze deeltjes bij zich te dragen, eveneens als vele Taschenbücher der Duitschers, al had men ook zakken, gelijk Rec. zich van een' Heer herinnert, die daarin een half anker wijn konde bergen. De Heer westerman schijnt, volgens de Voorrede en een berigt op den omslag, gezind te zijn, meerdere deeltjes dezer Encyclopédie te doen vertalen. Wij weten niet,