Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1829

Bij het lezen van het beklag eens Franschmans, wegens het door de mode te Parijs ingevoerde gebruik der tabakspijp^(*).

Geen wonder, dat Parijs op 't Hollandsch pijpje smaalt,
Door Modegril, o spijt! dáár juichend ingehaald:
Het heugt den Franschman nog, hoe, vóór ruim vijftien jaren,
Bij 't volk, dat hij beschimpt, zijn landaard is gevaren;
Toen deze, bij de vlam, door dwinglandij gestookt,
Een pijp, zoo leelijk, als ooit ergens, heeft gerookt!

j.w. ijntema.

(*) In een artikel uit den Echo de Paris, overgenomen in het algemeen Handelsblad van 6 Junij ll., leest men, onder anderen, dit: ‘- Metderdaad is de tabakspijp te Parijs geheelenal in de mode; zij heerscht er met een overmagtig geweld. In de straten, op de pleinen, in de publieke tuinen vermengen zich hare verpestende wolken met het opstuivende stof, en maken den dampkring zwart, dien wij inademen. Reeds zijn wij, op het voorbeeld van Amsterdam, zoo verre verzeild, dat wij te paard en in rijtuig de pijp in den mond hebben. Men behoorde deze gewoonte aan matrozen en soldaten over te laten,’ enz.