Op een' onwaardigen staatsdienaar.
‘Tot loon van al mijn dienst, zie ik mij dan verstooten.
Wat onregtvaardigheid! Ziedaar het lot der Grooten!
Ik offerde alles op.....’ Vergeet slechts niet, Mijnheer,
Dat gij daaronder telt uwe opgeöfferde Eer!
In dit No. Meng. bl. 78, reg. 15, staat Warrenburg, lees Warrenborg.