daardoor niets aan het oog ontsnapt, maar alles beschouwd en als met den vinger aangewezen wordt; terwijl elk dier wandelingen zoodanig is ingerigt, dat zij zoowel aan den wandelaar, als aan den lezer, zonder denzelven te vermoeijen, aan het einde van elken togt, een bekwaam en geschikt rustpunt oplevert.
Met de nieuwe stads Herberg aan het IJ beginnende, leidt hij den vreemdeling, in de zes eerste wandelingen, langs den buitensten omtrek der stad, en doet met hem onderwijl een uitstapje naar Ouderkerk, Sloterdijk, Zaandam, Buiksloot en Broek in Waterland; terwijl de tien overige wandelingen worden besteed tot het bezigtigen van al het merkwaardige in het binnenste gedeelte der stad, waardoor dan geschikte gelegenheid wordt gevonden, om over de Kerken der onderscheidene Gemeenten, Godshuizen, liefdadige Gestichten, publieke en andere voorname Gebouwen, Torens, Markten, Pleinen, enz. naar vereisch meer of min uit te weiden. Dit geschiedt geenszins op eenen droogen beschrijvenden toon, zoo als die van vele andere Stedebeschrijvingen, maar in gesprekken of zamenspraken van den Schrijver en zijnen vriend, die aan beiden gelegenheid verschaffen tot het maken van meer dan eene belangrijke opmerking, nu eens op eene luimige, dan weder op eene ernstige wijze voorgedragen en ter geschikte plaatse te berde gebragt, en niet zelden verlevendigd door het aanhalen en invlechten van korte, doch toepasselijke verzen van sommigen onzer voornaamste vroegere en latere Dichters.
In zoodanig een bevallig gewaad heeft de werkzame en ijverige van der vijver zijne nieuwe Beschrijving van Amsterdam (zoo als wij dit boek mogen noemen) getooid, en dezelve bovendien doen versieren met een vijftal fraai gegraveerde Plaatjes, voorstellende: 1. Een wintergezigt in de Plantaadje; 2. de Hoogesluis van de Utrechtsche zijde; 3. het Blaauwhoofd; 4. het Postkantoor enz.; terwijl het 5de, of het vignet op den titel, eene afbeelding bevat van het nieuw gebouwde Paleis van Justitie, voorheen het Aelmoesseniers-weeshuis.
Aan een dusdanig werk hadden wij tot dusverre behoefte. De Heer van der vijver heeft daaraan voldaan, en wij betuigen hem deswege onzen dank. Niet slechts de vreemdeling, maar ook de bewoner van Amsterdam (aan wien, zoo als dit doorgaans in groote steden het geval is, veel, zeer