Hulde aan de nagedachtenis van Gerbrand Bakker, Hoogleeraar in de Geneeskunde te Groningen. Door J. Baart de la Faille, A.L.M. Phil. Med. et Art. Obst. Doctor, Lid enz. enz. Te Groningen, bij J. Oomkens. 1828. In gr. 8vo. 65 Bl. f :-75.
Proeve van Navolging. Te Leyden, bij H.W. Hazenberg. 1829. In gr. 8vo. 15 Bl. f :-25.
Wij hadden reeds de pen in de hand, om, in weerwil van eenige onder het lezen bij ons opgerezene herinneringen, aan deze Lijkrede op eenen zeer kundigen en verdienstelijken Geleerde eenen welverdienden lof te geven, toen ons het vlugschriftje, Proeve van Navolging getiteld, onder het oog kwam, dat, behalve eene menigte van toepasselijke, scherpe motto's, niets meer en niets minder bevat, dan een afdruk van verschillende langere en kortere brokstukken, te zamen omtrent vijf bladzijden uitmakende, welke, blijkens de tegenoverstelde plaatsen der Hulde van den Heer la faille, bijna woordelijk zijn overgenomen uit de Lofrede op h.a. schultens van den overledenen jac. kantelaar. Deze ongehoorde letterdieverij is des te onbeschaamder, daar slechts twee jaren geleden, in 1826, een nieuwe druk dezer Lofrede van kantelaar bij de Erven f. bohn te Haarlem is uitgekomen, in de Redevoeringen en Dichtstukken van dien verdienstelijken man, door zijnen vriend, den Hoogleeraar siegenbeek, uitgegeven. Het spijt ons waarlijk, niet slechts om des onderwerps, maar ook om des Heeren baart de la faille wil, dat dit Lid van verscheidene geleerde Genootschappen op zulk eenen ongelukkigen strooptogt is uitgegaan, waar hij zoo spoedig op heeter daad is betrapt geworden; want uit andere plaatsen zijner Rede schijnt het te blijken, dat hij zich met kantelaar's veren niet behoefde op te sieren. Doch de ongelijk-