rijken der aarde. De arme Ferdinand. Brief van Mejufvrouw A. aan haren vriend L. Beschaving, Verlichting en Zedelijkheid. Vreemd verschijnsel. Een Brief aan mijnen neef Adolf. Strabo van Troas. De Wraak. Salome, of de denkwijze van twijfelmoedigen onder Israël, kort na Jezus verheerlijking. Vermag men bijbelsche historiën, tot onderwerpen voor tooneelstukken bewerkt, ten tooneele te voeren? Brief van een' vader aan zijne dochter, over het bezoeken van den Schouwburg door personen van den geestelijken stand. Mijne vrije gedachten te middernacht. Noodlottige gevolgen van jeugdigen moedwil. Spookgeschiedenis. Onderscheid tusschen zeggen en meenen, en de gevolgen daarvan. Nog een woord over zeker gezegde van Petrus, hetwelk hij insgelijks hartelijk gemeend heeft. Wat is dat voor een boek?
Wat den geest betreft, die in dit werk heerscht, is ons oordeel zonder uitzondering gunstig. De opdragt aan von Sonnestrahl, en het voornemen, om zich niet te bekreunen aan von Dämmerung Dunkelstein, stelt, al terstond bij den aanvang, den lezer daaromtrent gerust, bijaldien hem de namen, welke het werkje aan het hoofd draagt, te dezen niet reeds voldoenden waarborg opleverden. Het stukje, over het klokgeklep en brandgeschrei dezer dagen, is eordaat en, voor hem, wien het om waarheid te doen is, overtuigend. De Melkweg bezit veel van dien naïven, aandoenlijk luimigen geest, dien wij onder anderen in den Duitschen claudius bewonderen. Bij het menigvuldige der stukken kunnen wij ze allen niet stukswijze beoordeelen. Slechts enkele stukjes wenschten wij, dat wegens mindere belangrijkheid niet waren geplaatst. De Schrijvers betuigen lust te hebben, om, indien het oordeel van het publiek niet geheel declinatoir is, op den weg, dien zij hebben ingeslagen, nog eene en andere schrede te wagen. Wij wenschen dit van harte; maar wenschen tevens, dat de portefeuille met behoedzaamheid zal geopend wordeu, opdat geene kinderen der vergetelheid aan dezelve ontsnappen en in het licht verschijnen onder het geleide van zulke goede stukken, als waarop wij in het tegenwoordige boekdeeltje dan toch meestal onthaald worden.