in den Recensent worden ook de volgende misstellingen gevonden. Coupl. 4, reg. 5, staat: ‘versla de drieste hand;’ moet zijn: verlam die drieste hand, hetwelk veel eigenaardiger is. - Coupl. 10, reg. 3: ‘Athene dook haar kruin,’ voor: boog haar kruin. - Coupl. 37, laatste regel, staat: ‘stort door die windvlaag neêr,’ in plaats van: stormt door dien windvang neêr; behalve eenige veranderingen van geringeren aard. Ik kan mij niet begrijpen, dat de Heer c. de koning lz., al ware het dan ook slechts door de voorletters, den naam van den Hoogleeraar, wien dit vers gewisselijk tot groote eer verstrekt, niet heeft opgegeven.
Kunt Gij goedvinden, het gemelde het publiek te berigten in een der volgende Nos. van uw geacht maandschrift, gij zult der nagedachtenisse van den onsterfelijken borger eene regtmatige hulde toebrengen, zijnen vrienden voorzeker genoegen doen, en hem verpligten, die zich noemt
11 Julij, 1827.
Uwen bestendigen Lezer
a.j. muinen.
N.S. De uitlating, coupl. 2, reg. 4, schijnt niet toevallig, of door het afschrijven te zijn veroorzaakt. Ook in mijne kopij wordt die regel niet gevonden, en is dezelve mede door streepjes geteekend, hetwelk in het oorspronkelijk stuk waarschijnlijk mede het geval is.