Verschillend gebruik van het woordje van of von in Duitschland en op Curaçao.
(Uit de Curaçaosche Courant van 23 Maart 1826.)
Wij zien in de Duitsche nieuwspapieren, dat het thans in Duitschland, en vooral in die landen, welke onder de Vorsten van het Heilige Verbond staan, op nieuw, op zware boeten, verboden is, om het voorzetsel van vóór den familienaam te gebruiken, aan hen, die niet van adel zijn, en dat dit woordje von of van alleen aan den Adel wordt verleend. Dit doet ons denken aan het gebruik, hetwelk hier in deze kolonie plaats heeft, alwaar de slaven den familienaam hunner meesters aannemen, met het voorzetsel van; b.v.: een slaaf, die den Heer A. toebehoort, wordt genoemd juan van a.; zoo ook pedro van b., martin van c. enz. Het voorzetsel van, hetwelk dus bij het Heilige Verbond het kenteeken van adel is, wordt in de koloniën gebezigd als kenteeken van den slavenstand.