duitsche uitgave. Te Groningen, bij W. Wouters. 1826. In gr. 8vo. Behalve de Voorrede, 158 bl. f 1-25.
Dit werkje heeft voornamelijk ten doel, het spoedig, aanhoudend en doelmatig gebruik van het koud water bij verbrandingen aan te prijzen. De Hoogleeraar dzondi voerde daarover eenen pennestrijd met Dr. samuel hahnemann, den stichter van de leer der Homoöpathie, die deze geneeswijze, als met zijne grondstellingen onbestaanbaar, aantastte, welke strijd hier tevens is medegedeeld. De geneeswijze zelve wordt door waarnemingen en proeven, waaronder sommige door Prof. dzondi, waarlijk met veel hardvochtigheids, op zichzelven genomen, bevestigd, en door eene theoretische verklaring over den aard of de natuur der verbranding, en de daardoor veroorzaakte ontsteking, nader toegelicht. Het voornaam oogmerk bij dezelve is, door het voorkomen van ontsteking, de schadelijke gevolgen der verbrandingen tegen te gaan, en dat wel door middel van de oogenblikkelijke aanwending der koude, waartoe het water het beste voertuig is. Eene koude van 17-12 graden reaum. is tot dit oogmerk de geschiktste; eene grootere koude zou nadeelig zijn. Zoodra het water verwarmd wordt, moet het met versch en koud water worden afgewisseld, en dit van 3-24 uren en langer worden voortgezet, tot hitte en pijn niet meer terugkeeren.
Deze eenvoudige geneeswijze verdient door alle Kunstoefenaars, niet slechts bij geringen, maar ook bij hoogeren graad van verbranding, beproefd te worden. Zij moet echter, zal zij baten, aanstonds en met volharding worden gebezigd.