Vriend aan de oevers van den Main, en van eenen anderen aan de oevers van de Oostzee. Beide bevestigen den aan den waardigen man in vele opzigten verschuldigde hoogachting. Zij willen hem, ten aanzien zijner Theorie der Geestenkunde, zijner Verklaring der Openbaring van Joannes, van den graauwen Man, en zijnen Christelijken Menschenvriend en Heimwee, voor zoo veel des noods, verdedigen. Nog iets ter herinnering aan stilling is van zijnen Vriend göthe. Twee dichtstukjes: op den dood van stilling, en aan den zalig ontslapenen jung-stilling, besluiten dit boekje, dat voor de Vrienden van 's mans geschriften een lief geschenk nog is, en anderen tot kennismaking met die geschriften kan opwekken, hetgeen zich in allen gevalle niemand beklagen zal. - Wij zouden verbannen schrijven, in plaats van verband, gelijk de Vertaler bl. 92 heeft verkozen te doen.