Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1826
(1826)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 294]
| |
neming, dat beenbreuken bij zwangeren dikwijls moeijelijk herstellen, en de callus niet dan langzaam en onvolkomen, somtijds niet dan na voleindigde zwangerschap, gevormd wordt. Een iegelijk, die bekend is met de wetten des levens, zal de reden van dit verschijnsel gemakkelijk bevroeden, en hem kan het niet bevreemden, dat de natuur, bezig met het groote werk der vorming van de vrucht, trager is in het herstellen van beleedigde deelen. Gelijk er echter geen regel is zonder uitzondering, zoo is 't ook hier aldus gelegen. De verbazende vormkracht der natuur wekt menigmaal onze bewondering. De voor ons liggende waarneming van den bekwamen en kundigen Heel- en Vroedmeester potgieter, te Leyden, was er ons een nieuw bewijs van. Hier werd eene zamengestelde fractuur der beide dijebeenderen, gedurende de zwangerschap door een' val veroorzaakt, allergelukkigst hersteld, die van het regterbeen reeds vóór de verlossing, die van het linker eerst later, nadat zich een aanmerkelijk beenstuk had afgescheiden, hetgeen, als vreemde prikkel, door eene te sterke suppuratie, de spoediger genezing verhinderde. Wij achten het echter noodig te berigten, dat dit ongeluk eerst in de zevende maand der zwangerschap is voorgevallen; eene omstandigheid, onzes achtens van veel gewigts ter verklaring der voorspoedige beenhechting, daar wij twijfelen, of in een vroeger tijdperk der zwangerschap de uitkomst wel zoo gunstig zou geweest zijn. Intusschen verdient de Heer potgieter den dank van het publiek voor de afzonderlijke uitgave dezer belangrijke waarneming, welke zich ook door een' goeden, zuiveren stijl onderscheidt van het Duitsch barbarisme onzer tegenwoordige geneeskundige schriften. |
|