len te Groningen, toont door het uitgeven van deze boekies, dat hij den tijd, die hem van zijn beroep overschiet, zeer vlijtig en nuttig besteedt. Wij zullen van ieder werkje met een enkel woord verslag geven, waarmede wij thans volstaan kunnen ten aanzien van deze en dergelijke geschriften, daar het te denken en te hopen is, dat de Uitgevers van de nieuwe Bibliotheca Critica, welke door die onderneming niet slechts hunne oude beroemde Leydsche Hoogeschool, maar ook het vaderland en de gansche geleerde wereld verpligt hebben, hun oordeel over die geschriften zullen zeggen.
De twee gulden boekjes van cicero, over den Ouderdom en de Vriendschap, zijn in handen van allen, die met de Romeinsche taal bekend zijn, en eenigen smaak voor het goede en schoone bezitten. De Heer reynders heeft den tekst gegeven meest naar het voorbeeld van graevius, maar is hier en daar ook ernesti en schütz gevolgd. Zijn Commentaire is ingerigt naar de vatbaarheid der jeugd; het historiéle, filozofische en taalkundige wordt in dien zin verklaard; zoodat dit stukje voor leerlingen van eens Rectors school en jonge studenten zijn nut kan hebben.
De Heer reynders heeft zich hetzelfde oogmerk voorgesteld in het bearbeiden van het Gastmaal van plato Hij maakt goed gebruik van den arbeid, welken geleerde mannen in onzen tijd aan plato besteed hebben. Ook is hier en daar eene niet onbelangrijke onuitgegevene aanmerking van wyttenbach uit de Leydsche Bibliotheek medegedeeld. De aanteekeningen van reynders zelven dragen blijken, dat hij veel in het Grieksch en over het Grieksch gelezen heeft, en niet ontbloot is van oordeel. Evenwel schijnt ons deze arbeid minder geschikt voor jonge lieden, dan die aan cicero gewijd. Er wordt te veel en te velerlei bijeengegehaald, voor geleerden van geen belang, en voor leerlingen meestal te geleerd.