Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1825

Nader Onderzoek omtrent de besmettelijkheid of niet besmettelijkheid der Gele Koorts. Door E.J. Thomassen a Thuessink. Te Amsterdam, bij Pieper en Ipenbuur. 1825. In gr. 8vo. 99 Bl. f 1-10.

De Hoogleeraar thomassen a thuessink geeft ons, na een vroeger werk over ditzelfde onderwerp, op nieuw de resultaten van zijne geleerde navorschingen omtrent het al of niet besmettelijke der Gele Koorts. Ten einde dit met te meerdere onpartijdigheid te kunnen doen, deelt de Hooggel. Schrijver eerst de bewijzen voor de niet besmettelijkheid, van bladz. 2-17, vervolgens de getuigenissen van hen, die het twijfelachtig stellen, bladz. 18-20, en eindelijk de bewijzen voor de besmettelijkheid dezer ziekte mede, bladz. 21-82, waarna hij, het voor

[p. 590]

en tegen vergelijkende, tot hare besmettelijkheid besluit, bladz. 82 en verv.

Na overweging der veelvuldige en afdoende bewijzen, voor dit gevoelen bijgebragt, houdt Recensent de zaak voor beslist, en eindigt met ook zijnen dank aan den arbeidzamen Hoogleeraar te betuigen, dat hij door zijn vlijtig onderzoek zoo veel heeft toegebragt, om het gevaar van besmetting eener ziekte aan te toonen, die alomme, waar zij zich het eerst geopenbaard heeft, de vreesselijkste verwoestingen heeft aangeregt, voor welke ook een Noordelijker klimaat niet zeker beveiligt, en welke, door de verfoeijelijke baatzucht van velen, duizende slagtoffers gemaakt heeft. Wij achten ons gelukkig, van de wijze en voorzigtige maatregelen van een verlicht en weldadig bestuur met grond de afwending van zoo groote ramp te mogen verwachten, en ons ook daarom verpligt, de aandacht onzer Natie op dit punt te vestigen.