zelven te beven; want, omdat zij voor zichzelven schrikten, ontwierpen de boozen in het eenzame hunne ontwerpen.’ (Ontwerpen ontwerpen?) Vriendschap en Liefde is waarlijk noch karakterkundig, noch logisch rigtig behandeld. Maar, wat zullen wij zeggen? Nog dit, dat het ons
allerwegen is gebleken, dat verwey zich overhaast, en er meer vlugtig overheen geloopen, dan, zoo als men zegt, er op gezeten heeft. En het is hiertegen, dat wij hem, uit achting voor het publiek en voor hemzelven, waarschuwen. Hij schrijve liever wat minder en bedaarder. Sluit een lessenaar en leestafel de eenzaamheid uit? Zoo schijnt het bl. 35. Een schuldige, die ongelukkig wordt, heeft een' vriend, (bl. 122) door wiens zorg hij zoo ver komt, dat hij zelf, die niets betalen kan, zijne schulden doet betalen! In den vroegen morgen eene speeltafel naast een' welbereiden disch, met fruit, fijne wijnen en gebak! bl. 61. Hoe vindt het verwey zoo mooi? De man was waarlijk zelf te vroeg klaar, en van daar zulke rariteiten, waarvan wij de lijst niet willen vermeerderen, omdat het ons spijt van een anders zoo nuttig boek, dat versierd is met een heerlijk titel-vignet.