wel durven aanzetten, te zijner eigene verpoozing ook van gewigtiger bezigheid, voort te gaan met ons publiek op meer soortgelijke vruchten van zijnen geest te onthalen; terwijl wij geenszins twijfelen, of ook deze zijne verhalen zullen denzelfden opgang maken onder ons, (die hoe langer hoe meer van uitheemsche produkten afkeerig worden) welke zijner vroegere smaakvolle proeven in dit vak te beurt vie.
De stukjes in deze verzameling zijn zes in getal, waarvan slechts twee, Oude liefde roest niet en de Vreemdeling, reeds vroeger in eenig Mengelwerk het licht zagen. Wij vonden die echter met genoegen hier weder; want zij waren ons reeds ontgaan. Het eerste geeft eene werkelijke waarheid, en tusschenbeiden ook zeer heilzame wenken. Het andere doet dit vooral ook, en bevestigt de spreuk: Er is toch maar één Amsterdam in de wereld, met welke het sluit; ofschoon daar toch niet altijd iedere vreemdeling zoo ligt zijne fortuin maakt, of het verlorene zoo spoedig weder herstelt. Frederik (waarmede het werk begint) is een lief en onderhoudend verhaal, van eenvoudige oudjes, die, ten tijde der uitlandigheid van het Huis van Oranje, zich lieten misleiden, en in een vreemd jong mensch eenen Zoon van den uitgewekenen Stadhouder meenden te vinden, zich zijns in liefde en vol verwachting aantrokken, voor zijne geleerde opvoeding zorgden, en daardoor, hoezeer dan ook teleurgesteld, voor hunne éénige lieve dochter eenen braven en verstandigen echtgenoot opvoedden. Dit verhaal is aardig en onderhoudend. Grootmoeder Anna's leer der huishoudelijkheid is aller behartiging waardig; het opschrift kenmerkt den inhoud; het geeft lessen in voorbeelden. Tijdverdrijf op zee geeft zes onderscheidene verhalen of vertoogjes, (want grootendeels hebben zij wel het meest van het laatste) en is almede leerzaam en onderhoudend. Eenige fatsoenlijke lieden korten zich met deze verhalen uit hunne ondervinding, op een zeereisje, den tijd. De Doode is het laatste verhaal. Zeer aardig en nuttig; ten slotte ook tegen het geloof aan spokerijen gerigt. Leerzaam vooral door de aanwijzing, hoe een anders goed mensch door een onberaden huwelijk tot misdaad en de galg kwam. Hij was echter slechts schijndood; en door de menschlievende hulp
van eenen geneesheer, die het lijk ontleden zou, geraakte hij weg. Zijn hart drong hem onwederstandelijk naar het huis en het graf zijner vrouw. Vanhier de spookverhalen, die zich hervatten en