Proeve eener Overeenstemming der Evangelisten. Door B. van Willes, Predikant te Nieuwland. IIde Stuk. Te Gorinchem, bij J. van der Wal. 1823. In gr. 8vo. XII, 170 Bl. f 1-80.
Van het eerste stukje van dezen geleerden arbeid des Heeren van willes gaven wij (in No. I van het vorig jaar) een zeer gunstig verslag, en wij zagen met groot genoegen, dat alle onze Tijdschriften ten dezen volkomen met ons instemden. In het eerste stukje gaf de Schrijver zijne gronden op, en nu ontvangen wij, in gevolge deze gronden, de volgreeks van alle de Evangelische verhalen, zoo veel mogelijk naar tijdsorde gerangschikt, en wel in tien Tabellen, naar aanleiding van de in de Evangeliën zelve aangewezene tijdmerken. Iedere Tabel is in zes vakken verdeeld, waarvan het eerste, in korte woorden, het voorval of de gebeurtenis opgeeft, de volgenden het Hoofdstuk van iederen Evangelist, en eindelijk het laatste eenige, en doorgaans zeer nuttige, aanmerkingen bevat, die van des Schrijvers geleerdheid en schranderen geest overvloedig bewijs geven. In deze Tabellen zijn alle de voorvallen met hunne nommers (van 1 tot 232) geteekend. Deze nommers dienen bij de volgende Tafel, houdende aanwijzing van den tijd voor alle de bijzondere voorvallen, door de Evangelisten verhaald, in welke bij ieder voorval het jaar van Christus geboorte, de maand, de dag der maand, en de naam van dien dag wordt opgegeven; - het spreekt van zelve, dat hier het een en ander als onbekend gemerkt, of wel geheel opengelaten is. Eindelijk dienen deze nommers nog voor den Bladwijzer, waar men iederen tekst van iederen Evangelist met een' enkelen opslag van het oog kan vinden. Bladz. 150 geeft eene verbetering van iets, hetwelk in het eerste stukje min naauwkeurig gesteld scheen; doch is van minder belang, daar dezelve in de zaak toch niets verandert. Wij zijn den Schrijver voor zijne moeite en naauwkeurige zorge allezins dank verschuldigd. Wij tellen zijn werk onder