Catalani en de poedel.
Reggio, 20 Mei, 1823.
De wereldvermaarde catalani, den 19 van haar landgoed bij Florence alhier aangekomen, gaf ons heden een Concert. Kunstkenners verklaren, dat zij, zoo mogelijk, in stem en voordragt nog gewonnen heeft. De geestdrift, door haar verwekt, is onbeschrijfelijk. Ik wil thans echter alleen een voorval vermelden, éénig in zijne soort, waarvan ik ooggetuige was, en hetgeen het onbepaald vermogen der Toonkunst op de treffendste wijze kenbaar maakt. Mevr. catalani zong juist: Se mai turbo il tuo riposo, wanneer een toevallig achter het tooneel zich bevindende Poedel uit zijne schuilplaats te voorschijn kwam, zich nevens de groote Zangeres op de achterpooten plaatste, haar stijf aankeek, en met welgevallen naar hare toonen scheen te luisteren. Zij voer voort; en het publiek, als betooverd, bewaarde een diep stilzwijgen. Eindelijk scheen haar evenwel deze zonderlinge bewonderaar te vervelen; zij maakte eene beweging van misnoegen met het hoofd, hetgeen den ongebeden gast, na eenige minuten, bewoog, zonder eenig gewag te maken, op dezelfde wijze, als hij gekomen was, het tooneel te verlaten. De Zangeres besloot haar gezang; de hond was vergeten; alles leefde slechts voor haar. - Zij gaat van hier, over Milaan, naar Parijs, niet om daar te zingen, maar om aan zoeter gevoel, hare twee Zonen te bezoeken, bot te vieren.