J.A.M. van Heusden, Specimen Physiologicum inaugurale, sistens contemplationem hominis in diversis suae vitae epochis. Lugd. Bat. 1821.
De Heer van heusden, een beminnaar zijnde van de Anthropologie, besloot, bij het verlaten der Leydsche Hoogeschool, uit dat gedeelte der geneeskundige studiën de stof zijner Akademische Verhandeling te kiezen, en bepaalde zich daartoe bij eene beschouwing van den Mensch in de verschillende tijdperken zijns levens.
De Schrijver verdeelt zijn onderwerp in drie grootere Afdeelingen, van welke de eerste aan de toenemende ontwikkeling van het menschelijk organismus, de tweede aan deszelfs volkomenheid, de laatste aan deszelfs afneming en teruggang is toegewijd. Deze grootere Afdeelingen worden wederom in bijzondere Hoofdstukken onderscheiden, van welke ieder eenen afzonderlijken leeftijd behandelt, in diervoege, dat eerst het anatomische, vervolgens het physiologische, en eindelijk het pathologische verschil van denzelven wordt opgegeven; terwijl algemeene gevolgtrekkingen, uit het verhandelde afgeleid, aan het einde van iedere Afdeeling en Hoofdstuk geplaatst zijn, en het geheel besloten wordt met kortere stellingen, dit onderwerp betreffende.
Over 't algemeen verdient deze Verhandeling den lof van met orde, vlijt en naauwkeurigheid bewerkt te zijn. Misschien zoude eene geheel physiologische beschouwingswijze meer bevorderlijk geweest zijn aan de eenheid van het geheel, en vruchtbaarder in belangrijke gezigtpun-