Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1822
(1822)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijDe patiënt zoo als er meer zijn.Si non è vero, è ben trovato. Zekere Dame, te Brussel woonachtig, had eens eenen Amsterdamschen Geneesheer zeer hooren prijzen. Zij besloot derhalve terstond derwaarts te reizen, en den Doctor bij zich te doen komen. Hij verscheen, en vroeg naar de ongesteldheid der Dame. Zij klaagde zeer over vermoeidheid. Dr. Dit is een gevolg der reis, Mevrouw! Mevr. Ik heb geen' den minsten eetlust. Dr. Zoo moet gij niet dan zeer ligte spijzen gebruiken. Mevr. Ik slaap ook des nachts genoegzaam niet. Dr. Dan moet gij eens wat later te bed gaan, Mevrouw! Mevr. Ik ben altijd zoo lusteloos, en weet niet, wat ik daartegen zal doen. Dr. Gij moet des morgens vroeg opstaan, en eene goede beweging nemen. Mevr. Wijn kan ik in 't geheel niet gebruiken. Dr. Dan moet gij water drinken, Mevrouw! Mevr. Ik heb geene goede spijsvertering. Dr. Daartegen zijn gewoonlijk bittere dingen van het meeste nut. | |
[pagina 149]
| |
Mevr. Maar mijne oogen beginnen zoo zeer te verzwakken, dat ik bijna niet meer zien kan. Dr. Dan zou ik u raden, Mevrouw! een' bril te gebruiken. Mevr. Mijne krachten beginnen in 't algemeen af te nemen; ik ben niet meer zoo gezond en sterk, als ik plagt te zijn. Dr. Dit is een gevolg van toenemenden ouderdom. Mevr. Wat kan ik tegen deze zwakheid aanwenden? Dr. Der sterfelijkheid haar regt voldoen, gelijk reeds zoo vele schoonen vóór u gedaan hebben. Mevr. Is dit, zeer geleerde Heer! al de troost, dien gij mij geven kunt? Zijt gij aan deze eenvoudige en algemeen bekende voorschriften uwen roem verschuldigd? Gij hebt mij immers niets gezegd, dan 't geen ik reeds lang wist. Dr. Waarom hebt gij dan niet daarnaar gehandeld, Mevrouw? Ik ben geen Wonderdoctor. Zoo gij geheimzinnige geneesmiddelen begeerdet, kondt gij overal eldersGa naar voetnoot(*) overvloedig te regt komen, en hadt u de moeite eener verre reis kunnen besparen.
Tot geruststelling der Dames, moet de verhaler zeggen, dit gesprek uit een boek te hebben ontleend, dat reeds in 1776 gedrukt is; zoodat deze spijtige Doctor waarschijnlijk reeds lang zal overleden zijn. |
|