gedachten volgende, kortelijk den hoofdinhoud van zijn geschrift opgeven.
Onze militaire Hospitalen en de geregeldheid van onzen geneeskundigen dienst verdienden en verwierven algemeene bewondering. Eene andere organisatie is aangenomen, van die Mogendheden ontleend, die onzen geneeskundigen dienst verre boven den hunnen stelden. Waartoe is men tot die verandering overgegaan? Was dezelve dan eene wezenlijke verbetering? De Schrijver doorloopt hier de onderscheidene wijzen van verzorging der kranke Militairen, in Burger-Hospitalen, in Chambrées, in Infirmeriën en Regimentaire Hospitalen, en in militaire Hospitalen of algemeene Rijks-Hospitalen, toont de onvolkomenheden der drie eerste wijzen van verzorging aan, en geeft de voorkeur aan de laatste. Maar, zegt men, de vorige inrigting was te kostbaar? Te regt beweert de Schrijver, dat eene bezuiniging ten koste van nuttige leden van den Staat geene bezuiniging heeten mag, en dat menschen te sparen de ware spaarzaamheid is. Hij wijst in eene belasting, op plaatsvervanging of vrijstelling van den nationalen dienst te heffen, eene bron aan, waaruit de kosten voor de zoo noodzakelijke Militaire Hospitalen konden gevonden worden, ontvouwt het plan van derzelver inrigting, dringt aan op ruimere belooning en meerdere aanmoediging der Officieren van Gezondheid, verlangt, dat hun in de Hospitalen geregeld onderwijs gegeven worde, dat hunne werkzaamheden naauwkeurig bepaald, een geneeskundig bestuur worde aangesteld, zoo wel voor de directie van den militairen geneeskundigen dienst, als voor de administratie der Hospitalen, en eindelijk, dat, ter betere verzorging der zieken, een regulier korps van militaire ziekenöppassers worde opgerigt. Het werkje wordt besloten met de opgave van een bepaald ontwerp en plan voor den geneeskundigen dienst onzer landmagt. Die opgave scheen ons des te noodzakelijker toe, daar wij op vele plaatsen die duidelijkheid en geregelden voortgang van redenering misten, welke zoo on-