Immers er was nog geen dorp of gehucht zelfs; daar
- slechts eene enkle stulp nabij die(n) vijver stond;
en hoe kon de Graaf dan reeds aan een wapen denken, terwijl hij
van 't vorstlijk 's Gravenhagen
In 't kleine jagthuis stichtte een ongedacht begin?
Dergelijke voorbeelden van meerdere of mindere hapering in den goeden gang der denkbeelden, zoo wel als woorden, die zich niet altijd even goed naar rijm en maat gelieven te schikken, zouden wij misschien meer kunnen aanwijzen. Doch, dan zouden zich deze en gene al ligt verbeelden, dat er, naar ons oordeel, niets goeds in het vers te vinden was. Immers niet weinige lezers schijnen vaak even genegen, om zulk een voorondersteld banvonnis aan te nemen en uit te trompetten, als de Dichters zelve somtijds, om elke aanmerking te wraken, en als te vuur en te zwaard tegen den rens, neen, tegen den dwerg te velde te trekken, die het wagen durst, uit zijnen duisteren sluipwinkel, een' (vergiftigen!) pijl op hen af te schieten. En zoo min wij den Heer van de kasteele onder deze kitteloorige Dichters, of dichtkundigen, in onze gedachten, willen plaatsen, zoo min spreken wij ook het anathema over zijn geheele werk uit. Integendeel, wij hebben 's mans rijke verbeelding, vernuft en kennis, bij de aanvoering en geschikte plaatsing van belangrijke uitweidingen over verschillende personen zoo wel als zaken, meermalen bewonderd, en aan zijne vaderlandsliefde, zedelijkheid en godsvrucht, in de denkbeelden, altijd hulde gedaan. Wij zijn verre van zijn talent, in het algemeen, voor de schoone poëzij in het minste te willen verachten; en het verheugt ons, dat het Haagsche Bosch, thans zoo zeer verfraaid door de heerlijke waterwerken, zulken bekwamen en waardigen Zauger heeft gevonden.
Tot een staaltje schrijven wij het volgende af:
Gaat in het middaguur langs 't drok betreden pad,
Gij ziet er zaamgeschoold de leeggevloeide stad: -
Gij ziet er arm en rijk, en oud en jong: - De vrouwen,
't Zij om gezien te zijn, of anderen te aanschouwen,
't Zij door natuurlijk schoon, of 't pronkkleed opgesierd,
Verfraaijen 't heerlijk oord, waar men de blijdschap viert. -