Godsvereeringen voor Kinderen; door A.L. Darbauld. Naar de vierde Uitgave uit het Engelsch. Te Rotterdam, bij J. Hendriksen. In kl. 8vo. 41 Bl.
Het denkbeeld der overal nabijzijnde, overal zorgende Godheid diep in het hart te drukken, is van het hoogste belang. Moge het kind dan, van zijne vroegste jeugd, met God, in het oog en het hart, wandelen en opgroeijen! Het spreekt van zelve, dit bewerkt men niet door streng betoog; men zegge het kind het aanwezen der Godheid, en leide het, om nu altijd en overal God op te merken in zijne werken. Het zijn de hoofdwaarheden van den Natuurlijken Godsdienst, waarop in dit boekje gewenkt wordt; osschoon de naam van den Heer Jezus, en ook een wenk op Bijbelgeschiedenis, genoegzaam bewijst, dat het op Christenkinderen het oog heeft. Het bevat uitboezemingen en losspraken van het kinderhart, niet buiten den kring van deszelfs gevoel of vatbaarheid. Uit het voorberigt blijkt ons, dat dit boekje door eene Vrouw is geschreven. Wij durven het vrijelijk aanprijzen.