Keus en Leiding, of Godsdienst en Dwecpzucht. Naar het Hoogduitsch. In II Deelen. Te Leeuwarden, bij Steenbergen van Goor. 1820. In gr. 8vo. 739 Bl. f 7-4-:
De gewone Romanlezer late zich door den titel niet misleiden; hij vindt hier wel degelijk een onderhoudend, en ook als Roman niet onbevallig verhaal, waarin menige hartstogt, zoo als dit in een' Roman verwacht wordt, goed en aandoenlijk is geteekend. Dit, echter, is van dit werk de geringste waarde. Die zich in zijn redelijk, Bijbelsch, Protestantsch geloof bevestigen en stichten wil, leest zeker dit boek met bijzonder genoegen. Menschkundig en eigenaardig zien wij hier, wat zinnelijke pracht en praal eeniglijk werken kan ten aanzien van het Godsdienstige, en hoe min wezenlijk, ja ook gevaarlijk en hoogstnadeelig deze werking is. Zuivere, innerlijke, regt Christelijke Godsdienst des harte prijst zich en door redenering en door de uitmuntendste voorbeelden hier aan. Terwijl almede de heilige en reine verdraagzaamheid, die dezelve natuurlijk met zich brengt, uitnemend uitsteekt bij de hatelijke, goddelooze en onverdraagzame bemoeijingen van sluwe monniken, waarvan de treurige gevolgen den afschuw van den Protestant tegen het dom en heerschzuchtig bijgeloof op het krachtigst moeten bevestigen en billijken. Wij houden dan dit werk voor een woord, juist op zijn' tijd wederom gesproken, en verblijden ons over deszelfs bevallig gewaad, hetwelk het zeker den toegang bezorgt tot vele gezinnen, en wij hopen het vindt ook den toegang tot vele harten, die hetzelve in een ander kleed welligt over het hoosd zouden zien. Buiten dit, strooit het menige goede zaadkorrel, die, door den zegen van God, rijk kan worden in heilzame vruchten.
Drie vrienden sluiten het verbond hunner vriendschap voor de eeuwigheid op eene reize, in het gezigt van Rome; zij geraken daarna uiteen, en hunne lotgevallen zijn bijzonder en dikwijls verschrikkelijk; ten slotte staan zij even zoo wederom te zamen, allen gezuiverd en gelouterd, maar met hetzelsde gevoel, op het graf van eenen zaligen en wezenlijk heiligen man. Het spreekt van zelve, een lief meisje behoort mede in het verhaal.
Meer zeggen wij niet van dit kostelijk boek, hetwelk wij met geheel ons hart aanprijzen.