Lessen der Wijsheid, in Tafereelen uit de Romeinsche Geschiedenis, voor Kinderen uit den beschaafden stand. 's Hage, Amsterdam en Breda, bij van Cleef en van Bergen. 1819. In gr. 8vo. IV, 48 Bl. f 1-16-:
Het hoofdoogmerk van den uitgever dezer Tafereelen is, gelijk hij zegt, niet zoo zeer, om zijne lezers bij deze gelegenheid eene of andere nuttige les op het hart te drukken, als wel, om hun door voorbeelden te leeren, welke vrucht zij van de geschiedenissen plukken kunnen en moeten. Waarlijk een uitmuntend oogmerk, indien de manier van voordragt daaraan beantwoorde! Het komt, namelijk, in werkjes, voor kinderen geschreven, inzonderheid op den zoogenaamden kindertoon aan. Sommige schrijven al te kinderlijk, andere niet kinderlijk genoeg. Door het kinderachtige te willen vermijden, vervalt men dikwijls in eenen al te mannelijken stijl, en zoo omgekeerd. Zoo vinden wij b.v. den volgenden zin, bl. 14, van te langen en moeijelijken omvang, niet alleen voor jeugdige, maar ook voor bejaarde lezers: ‘De jongelingen, half ontkleed aan dien paal gebonden, zijn zijne beide zonen, die, vrienden zijnde van de zonen des verdrevenen Konings, omdat ze met hen deelden in hunne uitspattingen en ongebondene vermaken, met eenige andere jonge lieden, die, even slecht als zij, niet verdragen konden, dat de zedeloosheid door wetten beteugeld werd, het voornemen opgevat en zich door eenen eed verbonden hadden,’ enz. Daarenboven vreezen wij, dat er hier en daar te veel kennis van de Romeinsche geschiedenis bij de jeugdige lezers voorondersteld wordt, en de toepassingen somtijds al te verheven zijn. Maar het is goed, dat er vele en verschillende kinderboeken zijn, daar de vlugheid en vatbaarheid der jeugd ook zoo verschillende is; en als papa zijn zoontje hier en daar, als hij hapert, eenige woorden van verklaring toespreekt, kan ook dit werkje eene nuttige plaats in de kinderbibliotheek bekleeden.