leeraar muntinghe. Dien ten gevolge sloeg hij de handen aan het werk, en gaf, op verscheidene plaatsen, zijne eigene bijvoegselen: zoodat wij alhier aanmerkingen hebben, door vier verschillende Auteuren gemaakt of uit andere Schrijvers verzameld, welke alle voor den Lezer behoorlijk onderscheiden zijn.
Dit eerste Deel gaat over Genesis en Exodus, en met nog drie Deelen, van gelijke zwaarte als dit, zal het geheele werk over het O.V. volledig zijn. Of er nog iets over het N.V. volgen moet, hebben wij met genoegzame zekerheid niet kunnen ontdekken. De algemeene benoeming van de Heilige Schrift op den titel schijnt het werk niet alléén tot het O.V. te bepalen; maar in de Voorrede schijnt het werk in vier Deelen als compleet te worden voorgedragen. Hoe het daarmede ook gelegen zij, wij beschouwen dit werk als eene wezenlijke aanwinst, tot welks aanbeveling de aanmoediging van den Heer muntinghe, om het te vertalen, zeer veel afdoet; en wij twijfelen niet, of vele verstandige beoefenaars der gewijde Letterkunde zullen in hetzelve geen gering genoegen en nut kunnen vinden. De Eerw. Vertaler heeft niet weinig, door zijne meestal zeer belangrijke bijdragen, toegebragt, om het nog beter en nuttiger te maken dan het in het oorspronkelijke is; en wij hopen, dat hij op die zelfde loffelijke wijze zal voortgaan. - Op sommige plaatsen is dit werk vrij uitvoerig, vooral waar eene meerdere uitvoerigheid te pas komt. Zeer veel is, b.v., bijeenverzameld bij de merkwaardige beschrijving van Sodoms verwoesting en de daaruit ontstane Doode Zee, Genes. XIX:24, 25. Uit verschillende berigten wordt niet onwaarschijnlijk gemaakt, dat er een werkelijke zwavelregen gevallen is, waardoor de Naphta-bronnen, waarvan het dal Siddim vol was, aangestoken werden, en alles in brand geraakte, totdat de geheele streek in het onderaardsche meer verzwolgen werd. Tot de betere kennis van dit meer is hier ook veel te vinden, en de Vertaler heeft hier eene uitvoerige en rijke bij-