beneden in de plaatse van ons verblijf, nadat wij de zeilen geborgen hadden; ook schoven wij onze verblijfplaats, die niet ruim is, toe, zoo verre het noodig was; maar, bevreesd zijnde voor een driemastschip loefwaarts van ons schoven wij dezelve weer open, om te zien, hoe het tusschen ons en het gemelde schip zoude afloopen; te welken einde mijn broeder naar boven ging. Op dit zelfde oogenblik, des avonds ongeveer 7 ure, sloeg de bliksem in den top van onzen mast, waarop een verguld tuigje stond; nam een klein gedeelte van boven van het tuigje weg, en deed het vaanspil van ijzer van boven een duim smelten; slingerde voorts om de ijzeren kransen van den mast; nam de helft van een blok weg, hangende aan een ijzeren haak, en een spaander van den mast van boven, ter grootte van 2 voeten; versmolt het ondereinde van een ijzer plaatje aan een ijzeren bout door den mast aan den onderkant; nam vandaar weg een stuk hout ter grootte van 11 voeten, en vervolgde zijnen weg voorts langs den mast naar beneden, alwaar wij zaten, zijnde in ons oog een klomp vuur, ter grootte van een 24 ponder kogel; waarop dezelve zich vaneenspreidde in ons midden, met een slag, naar gissing tweemaal zwaarder dan de slag van de zwaarste bom, ja zoo zwaar, dat sommige visschers, die ¼ of ⅛ mijl lengte van ons voor anker lagen, allen doodelijk ontsteld waren. Men verbeelde zich dan onzen toestand! Wij gevoelden allen eene ontzettende drukking op het hoofd, de schouders en dijen, vergezeld van eene moeijelijke ademhaling, daar onze verblijsplaats vervuld was van een zwavelachtigen stank, welke nog twee dagen na het gebeurde kon geroken worden. Heden gevoelen wij nog eene drukking op de long. Al het voorverhaalde gebeurde in een punt des tijds. Wij dee en hetzelve hier, met hartgroudigen dank jegens de Voorzienigheid, getrouwelijk mede. Dien God bewaart, is wél bewaard.’
(Het Or gineel geteekend:)
krijn roeleveld, Stuurman.
ari taal, Matroos.’
Scheveningen,
den 30 April 1818.
NB. Ware hier een Afleider geweest tot in zee, meer dan waarschijnlijk was de bliksem denzelven gevolgd.
M.B.