Iets naders, rakende de werktuigelijke zamenstelling der glijbergen te Parijs.
Gelijk de tegenwoordigheid der Russische troepen, te Parijs, in de jaren 1815 en 1816, aanleiding gaf tot den aanleg der zoogenoemde Russische bergen, in eenen bevalligen tuin buiten de Barrière du Roule, zijn dezelve naderhand, in de voorstad St. Germain, in Zwitsersche bergen, vanwaar men op houten paarden, in volkomene veiligheid, naar beneden reed, en thans, eindelijk in zoogenoemde Fransche bergen (montagnes Françaises) of luchtwandelingen (promenades aëriënnes) herschapen. Dezelve zijn aangelegd in den fraaijen tuin Beaujon, in de Champs Elisées. Zij hebben, behalve de aangenamer ligging, nog deze driederlei voordeelen: 1) dat men alhier veel langer en hooger, 2) in veranderde rigtingen, en wel in eenen halven cirkel, naar beneden, en 3) in het midden van den cirkel, in eene regte lijn, weder naar boven stijgt; en dat men dus dit vermaak, zoo lang men verkiest, kan voortzetten, zonder, zoo als voormaals het geval was, telkens te moeten uittreden.
Tot dit einde heeft men eenen hoogen toren van honderd voeten gebouwd, waarop eene opene tent geplaatst is, vanwaar men het treffendste uitzigt heeft over geheel Parijs met al zijnen omtrek, en dus een algezigt (panorama), dat, vooral in den glans der avondzon, inderdaad zeer betooverend is.
Van de beide kanten dezer tent loopen twee glijbanen, in golfswijze slingerende lijnen, waarvan ieder op zichzelve bestemd is voor twee, naast elkander in houten fporen rijdende, wagens; terwijl aan de buitenzijden een afgeschoten, hoog voetpad (trottoir) voor de voetgangers bestaat. Deze twee banen loopen, benedenwaarts, in eenen grooten cirkel in het midden ineen, alwaar zij wederom de vier wagens, naast elkander, naar de boventent lijnregt terugvoeren, zonder het minste oponthoud of verwijl aan de rijdenden te veroorzaken. Dit wordt bewerkt door eene sterke stalen veer, met eenen haak, die vooraan de punt van het kleine rijtuig is vastgemaakt. Dezelve grijpt, ondanks de snelle vaart naar beneden, in een der veelvuldige ringen, die, van afstand tot afstand eener el, aan eenen breeden sterken band zijn vastgehecht, welke alzoo, langs het holle spoor voortgaande, we-