gaans iedere leerrede wezen moest, zullen niet zonder roering en blijvenden indruk gelezen worden. Zij zijn voor treurenden een uitmuntend geschenk: zij geven geene andere dan wenschelijke aandoenlijkheid, geene andere afleiding dan die wezenlijk behoefte is, en echten, verzachtenden, zuiverenden, genezenden balsem aan de gewonde ziel. Die zich zetten kan, om opstellen, in zoodanige omstandigheden uit het hart gevloeid, en zoo eenvoudig voortreffelijk, met een kritisch oog te lezen, en dezelve als kunstgewrochten wilde toetsen, heeft minder gevoel dan wij; hoezeer ook in dit opzigt deze prediker bij deze opstellen niet te miskennen is, en wij waarlijk, zonder vitlust, niets weten aan te wijzen, dat den schijn heeft van minder doordacht of eenigzins berispelijk. Het leven in den dood - na den dood - en wedervereeniging in de eeuwigheid, zijn de onderwerpen dezer twee leerredenen, waarvan de eene jo. XI:25, 26, en de andere 1 thess. IV:13, 14 ten tekst heeft. Wij zijn de vertaling, ook van deze opstellen, aan den Eerw. b. verwey verschuldigd, die er eenige weinige, welgekozene, bekende dichtregelen, voor den Hollandschen lezer, heeft bijgevoegd.