Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1817
(1817)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 9]
| |
aanwenden van den koortsbast, kort vóór den aanval, doch in kleine giften, gezegd hebben, moge het overbodig schijnen, waarnemingen, daartoe betrekkelijk, en die anders geene waarde hebben, aan het publiek mede te deelen. De opmerking, echter, dat zelfs ervarene en schrandere Artsen daarvan nog weinig gebruik maken, geeft daartoe eenig regt, omdat het ieders pligt is, de aandacht op een verwaarloosd, ten minste schijnbaar verwaarloosd, en echter belangrijk onderwerp te vestigen. Er is misschien geen middel, dat zoo dom empirisch aangewend, dat zoo vermorst wordt, als de kina, vooral in tusschenpoozende koortsen. Er is misschien geen middel, hetwelk zulke nadeelige gevolgen kan na zich slepen. En waarom? Vooral ook, omdat men de zieken er zoo mede oppropt, de ingewanden overlaadt, en onherstelbare verstoppingen in de fijnste vaatjes van den onderbuik te weeg brengt. Uit dien hoofde vooral behaagde ons de manier van den schranderen en ervaren thuessink, om den kina, in kleine giften, kort vóór den aanval te geven. Wij deden het meermalen met een goed gevolg, en deelen, uit onzen voorraad, een paar gevallen mede, welke wij het naauwkeurigst waarnamen. 1. Vóór eenige jaren hadden wij gelegenheid, in een militair hospitaal eenige zieken te behandelen, welke uit Zeeland en Vlaanderen kwamen, en langen tijd met tusschenpoozende koortsen worstelden. Drie van dezelven waren zeer zuiver, zonder eenig merkbaar organisch gebrek of stoornis der eerste wegen, vrij regelmatig, keerende om den anderen dag omtrent ten gezetten tijde weder. Bij geen derzelven waren bijzondere verschijnselen, hoewel zij-allen ten minste zes weken de koorts gehad hadden. Ik schreef hier, aan twee, voor, drie poeders, elk van één drachma kina, te nemen het eerste twee, het tweede een uur vóór, het derde op het oogenblik van den aanval. Het gevolg was, dat dezelve, vooral de koude, allerhevigst was, en met zeer groote benaauwdheid gepaard ging. | |
[pagina 10]
| |
Deze giften werden bij den eenen nog tweemaal, bij den anderen nog driemaal herhaald, verminderende de aanval telkens in hevigheid, en blijvende bij den eenen de derde, bij den tweeden de vierde aanval geheel weg, zonder eenige nadeelige teekenen. Ik gebruikte de voorzorg, van nog, gedurende twee of drie gewezen koortsdagen, één drachma kina op den tijd des aanvals te geven. - Bij den derden ging ik op dezelfde wijze te werk, gevende hier echter slechts de helft, omdat hij een teêrder en prikkelbaarder gestel had. 2. Een meisje van ruim 20 jaren, van eene uitgerekte gestalte, teedere huid, en met slechte sappen voorzien, kreeg eene anderendaagsche koorts, welke in den aanvang gastrisch was, en door zuivering en opwekking der eerste wegen bedwongen werd. Zich aan verkouding blootgesteld hebbende, keerde de koorts terug. Ik gaf hier drie poeders, elk van één scrupel, met een weinig hofmansdroppels. Ook hier was de eerstvolgende aanval allerhevigst; er kwamen er echter naderhand nog slechts twee; waarna ik, ter voorkoming van instorting, op den koortsdag één poeder van ½ drachma liet gebruiken, en zulks een paar keeren herhaalde: zoodat ik hier nog geen once kina gebruikte. Ik meene hierbij te moeten voegen, dat ik van deze geneeswijze in zeer slijmige en trage gestellen niet veel werking gezien heb. De koorts werd wel bedwongen, maar keerde telkens terug. Bij zulken vorderde ik meer, wanneer ik tusschen de twee aanvallen den kina in poeder met braakwijnsteen gaf, schrijvende meest op ½ once kina van vier tot zes grein tart. emet. voor. Ik had dan zelden meer dan 1½ of 2 once noodig. |
|