niet elk gegeven is, en dat het gevoel zich beter laat oefenen en scherpen, dan het gezigt.
Van veel meer belang komt ons voor, hetgene sander aanmerkt over de meerdere organische edelheid der tong, haar fijn zamenstel, hare menigte zenuwen en vaten, hare werking als afscheidend werktuig, als werktuig van den smaak. De tong vereenigt dus vele en veelsoortige kenteekenen, kan, in van aard zeer verschillende ziekten, even zeker geraadpleegd worden, en daarin is wel voornamelijk de hoogere waarde van dit ligchaamsdeel voor de Semiotiek gelegen.
Eene waarneming betrekkelijk het zwellen, vergrooten en uitzakken der tong, door den Heer landskroon, voorafgegaan van eenige aanteekeningen, uit andere Schrijvers overgenomen. Uit dezë korte, maar welgeschrevene waarneming blijkt vooral het nut van het ondersteunen der tong door een opschortend verband, het liggen op den rug en de belette uitvloeijing van het speeksel, gepaard met het gebruik van zacht zamentrekkende middelen.
Onderscheidene geneeskundige waarnemingen van j. de braauw, Med. Dr. te Woerden. Dezelve betreffen vooreerst eene mazel-epidemie, waarin de huid vrij sterk ontstoken, het hoofd en de borst weinig aangedaan waren. Tegen het einde derzelve openbaarde zich meestal een buikloop, volgens den Schrijver niet altijd van een' gastrischen aard. Ook vond hij baat bij zachte buiksontlastingen, en zelfs bij kinderen, wier ingewanden met slijm bezet waren, van eene sterker zuivering derzelven. Te regt merkt hij dan ook aan, dat het uitslag op zich zelf deze zuiveringen, zoo zij anders zijn aangewezen, niet verbiedt.
Belangrijker nog is de waarneming van het nut van Hydrosulfuretum ammoniae in een' verouderden catarrhus vesicae. De Schrijver gaf vier of vijf droppels om de twee uren, met slijmige dranken, met het beste gevolg. Te regt merkt hij aan, dat deze genezing niet kan verklaard worden door de werking van dat middel