Verwachtingen van den Christen, of Overdenkingen over de Opstanding, het laatste Oordeel, en eeuwige Leven. Door J.L. Ewald. Uit het Hoogduitsch. Te Amsterdam, bij J. van der Hey. 1815. In gr. 8vo. 216 Bl. f 2-8-:
Het is voor de verdiensten der stichtelijke geschriften van ewald geene geringe aanbeveling voorzeker, dat zich zeer hooggeschatte Leeraars van den Godsdienst tot derzelver vertaling leenen, een wolterbeek, b.v., een clarisse, en nu wederom, bij dit geschrift, de Haagsche Leeraar verwey, die dezelve met een ruim hart aanbevelen. De Eerw. verwey is hier niet slechts Vertaler, maar ook Verzamelaar; want in dezen vorm gaf ewald dit werkje niet in het licht. Het is uit onderscheidene werken van ewald overgenomen, en wel grootendeels uit zijne vroegere werken, welke men beschouwen kan als de bloemen van zijnen jeugdigen leeftijd. Wij weten niet, of de Verzamelaar dit ter meerdere aanprijzing meldt: wij, die zulks bij het lezen meermalen meenden te voelen, hebben echter juist daarom eenige spijt, dat het niet in het plan van den Eerw. verwey viel, eene navolging of omwerking te leveren; hoezeer wij gaarne erkennen, dat de altijd hartelijke woorden des waardigen Schrijvers vele opmerkingen en wenken geven, die het nadenken uitlokken en overwaardig zijn. En ook in 's mans latere geschriften (twee hier voorkomende Overdenkingen zijn uit een nieuwelings uitgekomen werk) vinden wij doorgaans meer genie en hartelijkheid, dan wel uitlegkundige zekerheid, vooral ten aanzien van hetgene ons vroeger moeijelijk en donker was. Maar het doorgaans jeugdige van dezen arbeid proefden wij hier wel het meest in het meer woord- en min zaakrijke, dat echter in de latere werken van den waardigen man, onzes inziens, ook nog niet geheelenal boven alle berisping is.