Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1814(1814)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 250] [p. 250] Aan de Nederlandsche vrouwen. Legt af uw pronksieraden, Uw gond en diamant, ô Nederlandsche Vrouwen, En schenkt ze 't Vaderland! Ziet op naar uw Vorstinne; Zij teekent u het spoor: Wie weigert na te stappen? Oranje gaat u voor. Ziet op naar uw Vorstinne; Zij heeft haar sieraân veil, Haar paarlen en gesteenten, Voor 't algemeene heil! Zij kiest, voor nietig blinken En ijdlen flonkergloed, Den glans der deugd, die schittert In 't Vorstelijk gemoed. Wie durft nu langer pralen Met slikkerende pracht? Wie durft den eenvoud honen Der Vorstelijke dragt? Legt af, met uw Vorstinne, Uw goud en diamant, ô Nederlandsche Vrouwen, En schenkt ze 't Vaderland! Al schittren geen gesteenten, Al gloeit geen smijdig goud, Al sonklen geen robijnen, Al blikt geen esmeraut; Al sreiden geene paarlen Haar zachten glans ten toon: Gij, Vrouwen, Gaden, Moeders, Zijt zonder sieraad schoon. [pagina 251] [p. 251] Dit wist, in vroeger dagen, Eene echt-Romeinsche vrouw: Zij wees op hare kindren, De panden van haar trouw: ‘Dees,’ sprak zij, ‘zijn mijn schatten, Mijn sieraad en mijn pracht. Geen moeder, die bij dezen Nog andren rijkdom acht! Mijn kindren zijn mijn paarlen, Mijn diamant en goud. Laat fonklen 't duur gesteente! In 't gloeijen is het koud. Maar mijne kostbaarheden Verspreiden glans en gloed, En schieten hare vonken In 't moederlijk gemoed. Op haar is mijn begeeren, Op haar alleen gevest. De deugden van mijn zonen Versieren mij het best.’ Ja, Vrouwen, Gaden, Moeders, Die voor uw kindren blaakt, En, voor hun teedre liefde, En lust en rust verzaakt; Legt af uw pronksieraden, Uw goud en diamant; Schenkt weg die kostbaarheden Aan 't lieve Vaderland! Praalt enkel met uw kindren; Doet, in hun fiere jeugd, De vonken reeds ontgloeijen Der vaderlandsche deugd. [pagina 252] [p. 252] Zij zullen eens u loonen Door vaderlandsche daân, En roemen op hun moeders, Die hun zijn voorgegaan. Legt af dan uw sieraden, Uw goud en diamant, ô Nederlandsche Vrouwen, En schenkt ze 't Vaderland! W. Vorige Volgende