Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1814

Fransche historiekennis.

Toen het nommer van den Moniteur in Amsterdam aankwam, waarin het verhaal van den slag bij Lutsen werd gevonden, liepen de Fransche ambtenaren bij zekere Administratie te hoop, met luid gejuich over deze overwinning. Een hunner sprong op een' stoel, en las met veel wind het legerberigt zijnen landgenooten voor. Een van dezen, zoo lang niet kunnende zwijgen als die voorlezing duurde, vroeg bij het hooren van het berigt, dat dit slagveld door het sneuvelen van gustavus adolphus in de Geschiedenis vermaard was: Tegen wien vocht die gustavus adolphus? De voorlezer antwoordde dadelijk: Tegen karel den XII^(*); en vrager en hoorders waren te vrede. De geleerde onderrigter verhief, vol zelfvoldoening, zijne stem een toon hooger.

Bij eene der Audientiën, of Hoffeesten, op het Paleis te Amsterdam, trok de beroemde schilderij van bol voor den schoorsteen in de gewezene Schepenskamer, de Wetgeving op Sinaï voorstellende, de aandacht van een' Franschman. Hij vroeg aan een Hollandsch Heer, wat dit verbeeldde. De Hollander betuigde eenigzins zijne verwondering, dat dit hem onbekend zoude zijn; en hierop zeide hij: Verschoon mij, Mijn Heer! ik ben niet ervaren in de Geschiedenis van dit Land.

S.

(*) Gustavus adolphus, Koning van Zweden, sneuvelde in 1632. Karel XII, in 1682 geboren, werd in 1699 ook Koning van Zweden.