Staatkundige Verlossing van de Vereenigde Nederlanden, in den Jure 1813. In Gesprekken voor de aankomende Jeugd. In 's Gravenhage, bij J. Allart. 1814. In kl. 8vo. VIII, 150 Bl. f :-8-:
Dit boekje is eenigermate van gelijke strekking als hetgeen onder den naam van Fransche Tirannij vroeger is uitgegeven, in zoo verre, namelijk, hetzelve eene soort van geschiedenis bevat van hetgeen ons vaderland door de overheersching der laatste jaren had uit te staan. Daarentegen verschilt de geest dezer Verlossing van het genoemde stukje, ten aanzien dat het minder eigenlijken volkshaat tegen de Franschen inboezemt; schoon het daarom het gedrag van dezen, zoo wel tegen eigen volk en Vorst, als tegen gansch Europa en ons in het bijzonder, geenszins ongegispt laat. Reeds de titel brengt daarenboven mede, dat de omvang van den geheelen inhoud aanmerkelijk wijder is. Onze verlossers zoo wel, als onze onderdrukkers, ons verleden als onze toekomst, de geschiedenis van het vaderland, van het vorstelijk Oranjehuis, alsmede de algemeene geschiedenis en het maatschappelijk verdrag, worden er meer of min beknopt behandeld, ten minste aangeroerd. En, gelijk de vorm mede is eene zamenspraak tusschen vader en zoon, zoo heeft zich bovendien de Schrijver moeite gegeven, alles geheel natuurlijk te doen voorkomen, en het een uit het ander, uit de gemaakte aanmerkingen en vragen van den zoon, uit hetgeen de tijdsomstandigheid en dergelijke opleverde, van zelve te doen voortvloeijen.
Na deze zeer algemeene en korte opgaaf, behoeft echter niemand te twijfelen, hetzij aan het loffelijk oogmerk, hetzij aan des Schrijvers uitgebreide kunde en bekwaamheid, hetzij aan den onpartijdigen en liberalen geest. Zoo wij iets zullen aanmerken op een boekje, welks kiesche stijl en taal, en grootendeels altijd geldige inhoud, hetzelve voor schoolgebruik wezenlijk aanbeveelt, het moet zijn, dat het al te veel bevat, al te veel poging verraadt om eene regt natuurlijke houding aan den vorm te geven, en misschien al te onpartijdig wil zijn, om van iet plooijends vrij te blijven, dat de klaarheid en den indruk bij jeugdige gemoederen gereedelijk benadeelt.