De vereeniging van Belgie met Holland; zou dezelve voor- of nadeelig voor Belgie zijn? Uit het Fransch vertaald. Te Utrecht, bij F.D. Zimmerman. 1814. In kl. 8vo. 83 Bl. f :-15-:
Dit boeksken draagt alle kenmerken van uitgebreide kunde en gezonde redenering, welke aan het betoog worden dienstbaar gemaakt, dat Belgie alleen in vereeniging met Holland immer voorspoedig was, en uit den aard der zake kan zijn. Na deze zaak meer in het algemeen te hebben behandeld, staat de Schrijver bij de onderscheidene zwarigheden stil, welke de Belgen gewoon zijn tegen gezegde vereeniging te opperen, als daar zijn het verschil van Godsdienst, de schuld, de zware belastingen, enz. enz., en redeneert die allen volkomen weg. Grootendeels is deze redenering metderdaad overtuigend; hier en daar echter mag zij wel zoodanig aan den andersdenkenden gansch niet voorkomen; en ook wij gelooven, dat dezelve soms tamelijk oppervlakkig is. Men moet aan het oogmerk wat toegeven. Valt ook alles zoo mooi niet uit, als den Brabanders hier wordt voorgespiegeld, dat gaat met zulke zaken zoo wel meer. En gelijk wij dit stukje, dat zoo veel in zoo groote beknoptheid bevat, met genoegen lazen, zoo zou ons inzonderheid een even gunstig en slechts even welgegrond, althans aannemelijk betoog van Hollands winst bij die inlijving, mitsgaders oplossing van bezwaren, zeer welkom en aangenaam zijn. Liep dit dan ook tegen het nu aangekondigde hier en daar in, de waarheid won daar ligt bij; en de schrik, dien de verwachting van den Brabandschen Schrijver, dat welligt scheepvaart, handel enz. de Hollandsche havens en steden voor Antwerpen en anderen verlaten zal, hier en daar moge verlevendigen, bedaarde dan des te