Societeit te Berlijn, welke, in de puistjes, alle de kenmerken der echte koepokstoffe herkend heeft.
Op den 14 Junij deden de Heeren bremer en la bouisse de inenting met de stoffe, verkregen van de roven, van de koe te Malchow genomen. Beiden bekwamen de echte koepokken, wier vocht aan vijfentwintig andere kinderen, met een gelukkigen uitslag, werd ingeënt.
Vermits er te Berlijn geene kinderziekte is, heeft men, tot nog toe, geen dezer gevaccineerden aan tegenproeve kunnen onderwerpen; men heeft zich bepaald bij het vaccineren van eenige koeijen, die de koepokken gehad hadden; bij geene derzelven heeft de stoffe zich ontwikkeld.
Men heeft waargenomen, dat, hoe de stoffe nader bij haren oorsprong van de koe genomen wordt, hoe de uitwerksels treffender zijn. De kracht van alle de toevallen vermindert door de achtervolgende overbrenging van mensch tot mensch. Waarnemingen, te Holstein, Lombardije, Westfalen en in verscheiden oorden van Frankrijk gedaan, bevestigen dit gevoelen.
Her Comité twijfelt niet, of, door naauwkeurige waarnemingen, deze ziekte bij de talrijke kudden in Holland zoude kunnen ontdekt worden. Van nieuws beveelt het dit belangrijk onderwerp aan de aandacht van deskundigen.
Blijkbaar schijnt het derhalve, dat de koepokken geene ziekte zijn, aan de Groot-Britannische koeijen bijzonder eigen.
De Heer la bouisse heeft aan het Comité roven gezonden, van de koe te Malchow genomen. Met derzelver gepulveriseerde en tot eene lijmige zelfstandigheid gebragte stoffe zijn in het hospitaal van het Comité acht kinderen ingeënt; bij geen derzelven heeft de koepokstoffe zich ontwikkeld.
Ook zijn er korsten of roven gezonden, genomen van de koepokstoffe van een meisje, hetwelk te Malchow met de stoffe van de koe gevaccineerd was. Het Comité heeft deze korsten ingeënt op twaalf kinderen, en drie