De leerling behoeft zeker altijd eene handleiding, en zoo iets behoeft ook de eerstbeginnende meester; maar de man van verstand en ondervinding loopt niet gaarne, of lang, aan een leiband: de hoogst eenvoudige waarheden treft hij in ieder leerboek aan; maar ieder heeft zijn eigen oog, en alzoo vindt hij nergens bij eenen anderen zoodanig onderwijs voor zijne kweekelingen, waarin hij niet nog wel iets, en dikwijls veel, veranderen of verplaatsen zou.
Dat intusschen de eerstbeginnende Leeraar zich met oordeel een onderwijsboek kieze, en zich een geruimen tijd daaraan houde, zoo echter, dat hij telkens uit vele, die hem voorkomen, het bruikbare aanstippe, vooral, dat hij met eigene ondervinding raadplege, en zorge, dat geene dier ondervindingen voor hem verloren ga, en daarnaar zijn onderwijs telkens verbetere en wijzige, verdient allen lof; zoo komt, na een aantal jaren, daaruit werkelijk iets, dat men drukken kan, en dat regt nuttig is; het meest echter wel alleen voor den vervaardiger zelven, en nog wel allerbijzonderst voor die gemeente, in welke het vervaardigd werd; daar de verstandige, naar den verschillenden aard en de verschillende behoeften, in verschillende gemeenten zijn onderrigt natuurlijk zal wijzigen. Een leerboek, op die wijze vervaardigd, kan, mits het kort zij en vol eenvoudige wenken, (die de eerstbeginnende catecheet vooral behoeft) voor velen bruikbaar en nuttig zijn.
Aan dat eerste vereischte, kortheid, voldoet het werk, dat thans voor ons ligt, juist niet al te zeer; hoewel de waardige Schrijver op de door ons opgegevene wijze te werk ging, en alzoo bij ondervinding weet, hoe moeijelijk men zich in het, anders geheel voortreffelijk, werk van eenen anderen volkomen vinden kan. Beide deze boekjes, waarnaar de kundige opsteller, h. wesselius, Predikant te Huizum, zijn onderwijs rigt, en buiten twijfel zeer kundige ledematen aankweekt, prijzen wij overigens, ter lezing en herlezing, nogmaals aan. De Handleiding was eerst een bijzonder, en van tijd tot tijd veranderd en verbeterd,