zand. III. Het vormen van weeke stoffen, 1. in klei, 2. in gips, 3. het boetseren in was. Papiermaché.
No. 2. (welks Schrijver meer soortgelijke werkjes belooft) handelt, I. Van de noodige werktuigen tot den arbeid in bordpapier. II. Het vervaardigen van cilindrische stukken. III. Hoekige werken. IV. Het overtrekken van werken uit bordpapier. V. Het verlakken en het vergulden.
De plaatjes dienen ter aanwijzing van de eenvoudige werktuigen, en sommige werkstukjes ten voorbeelde. Het prijst deze boekjes ook aan, dat een kind alleen, en zonder hulp van andere kinderen, zich met de opgegevene werkzaamheden kan bezig houden; hoewel in den beginne zeker wel de aanwijzing en het voorbeeld van ouders of leermeester niet geheel onnoodig is. De Schrijver van het eerstgenoemde zegt ook zelve, dat hij alles wegliet, wat hij als eene bekende wetenschap bij den Leermeester onderstellen kon.
Wij wenschen der beschaafde jeugd, bij deze en soortgelijke nuttige uitspanningen, veel vatbaarheid, handigheid, en vermaak!