Versjes en Rijmspreukjes tot nut der Kinderen, door den Schoolopziener H. Wester. Te Groningen, bij J. Oomkens. 1811. In 12mo. 40 Bl. f :-6-:
Deze verdienstelijke man gaat dan nog al voort met nuttig voor de jeugd te zijn; en steeds blijft hem ook het hart en de braafheid der kinderen naast aan het harte liggen. Immers, dezen zegt hij in het voorberigt uitdrukkelijk zijn doel te zijn; dewijl, ‘sedert de aanvankelijke schoolhervorming in ons land, de verstandelijke vermogens der kinderen, over het algemeen, meer ontwikkeld worden; doch dat onze jeugd in goede gezindheden even gelijke vorderingen zou maken, niet zoo blijkbaar is.’ Deze versjes, en vooral rijmspreukjes, den kinderen voorgezongen, in het hoofd geprent of in het boekje zelve ter lezing gegeven, moeten hun dan goede zedelijke beginsels inboezemen en doen beminnen. Het doel is loffelijk, en de uitvoering niet ongelukkig. Men ziet intusschen aan sommige uitdrukkingen en gezegden, waar de Schrijver t'huis behoort. Over het geheel is het misschien meest berekend voor den min beschaafden burger- en boerenstand. Naar ons oordeel vindt men er wat al te veel van God en deugd en dergelijke in, dat jonge kinderen niet regt verstaan. Anderen, echter, zullen inzonderheid het eerste verkiezen. En dezen kunnen niet dan te vrede zijn. Als versjes bereiken zij de hoogte van van alphen niet. De volgende coupletjes mogen echter doen zien, dat zij er soms naar streven:
Ik lag weleer |
'k Werd opgepast; |
Nog jong en teer |
Ik had geen last |
In 't zachte wiegje neder; |
Van 't minste koude windje. |
Ik werd gesust, |
Men wiegde mij; |
Zoo zoet gekust; |
Men zong er bij |
Men koesterde mij teeder. |
Van suja, suja kindje. |
Een aardig plaatje en fraai couvertje prijzen het als geschenk voor de kleinen zeer aan.
In de Beoordeeling, No. X. bl. 463 van ond. staat geschieden Die, lees geschieden; Die. In het Mengelwerk, ald. bl. 477. reg. 9. eerste voor danste; en in dit No. bl. 503. reg. 8. Lisbon voor Lissabon.