gaat. De ontwikkeling der onderwerpen, de rangschikking der deelen is doorgaans juist en gemakkelijk, en dit zoo wel, als de natuurlijke leiding der gedachten, de zorgvuldige oplettendheid op kracht en schoonheid van stijl en taal, veroorzaakt eene ongemeene duidelijkheid.
Hetgeen ons in deze Leerredenen minder behaagt, bestaat in het volgende. - Vooreerst komen de onderwerpen ons te algemeen voor. Het zijn niet altijd treffende waarheden, welke hier de aandacht bijzonder opwekken en bezig houden; niet altijd belangrijke oogpunten, waaruit het Christendom wordt voorgesteld. Wij zijn van oordeel, dat zulke algemeene beschouwingen van de heilleer des Evangeliums, als b.v. de 1ste, 2de, 3de, 9de en 10de Leerrede bevatten, op den kansel weinig afdoen, dewijl zij buiten den mensch omgaan, niet in het leven dringen, en geene andere, dan even algemeene, en dus krachtelooze toepassingen ten gevolge kunnen hebben.
In de ontwikkeling en verdeeling van het thema schikt de Eerw. Schrijver zich te veel naar de manier van den beroemden reinhard, die in alles zijn modél schijnt te zijn. Deze slaafsche navolging van eene, in zeer vele opzigten uitmuntende preekmethode, veroorzaakt somwijlen stijfheid en gebrek aan eene juiste en natuurlijke leiding der denkbeelden.
De stijl komt ons ook doorgaans te gekunsteld voor, niet kort en gedrongen genoeg, en overladen met sieraden. Van daar de veelvuldige pleonasmen, en de gedurige bijvoeging van epitheta, zelfs daar, waar ze geheel overbodig zijn.
De vertaling is doorgaans getrouw en naauwkeurig. Echter is de color dicendi, onzes bedunkens, nog zeer Duitsch. Onder de wonderlijke misslagen behoort: ‘Slechts de hel zinkt weg.’ (bl. 121.) Het lijdt geen' twijfel, of in het oorspronkelijke staat het woord Hülle (hulsel), hetgeen de Vertaler voor Hölle (hel) heeft aangezien.