Voorstel, om den braakwijnsteen ter inenting der Gonorrhoea aan te wenden.
Door Dr. Barton.
Tegen eene zeer zachte Gonorrhoea werd door een' Arts eene inspuiting uit witte vitriool en loodsuiker voorgeschreven. Uit misverstand werden, in
plaats van het eerste middel, eenige greinen braakwijnsteen genomen. De gevolgen hiervan waren, dat, na het gebruik van eene geringe hoeveelheid van deze oplossing, die in alles slechts eenige greinen braakwijnsteen bevatte, de uitwerpselen uit de pisbuis aanmerkelijk toenamen, derzelver gele kleur vermeerderd werd, en met veel bloed vermengd was. De daardoor ontstane hevige prikkeling hield, trots de zachtste inspuitingen uit loodsuiker en de strengste antiphlogistische middelen, aan.
Dit geval, - en barton kent nog een ander van dezen aard - bewijst, dat dit spiesglaspraeparaat op de inwendige oppervlakte der pisbuis zeer prikkelend werkt. Doch misschien kan de Arts deze eigenschap des braakwijnsteens tot een zeer weldadig oogmerk ten nutte maken. Zoude het in gevallen, waar, door eene plotselijk onderdrukte Gonorrhoea, een gezwel in de liezen ontstaat, niet dienstig zijn om de werking des braakwijnsteens als inspuiting te beproeven? Het zoude niet noodig en ook niet voorzigtig zijn, om eene sterke inspuiting aan te wenden; en ik meen, dat anderhalf of ten hoogste twee greinen op acht oncen water in de meeste gevallen van zulk eene hernia humoralis voldoen zou, om de Gonorrhoea weder te voorschijn te brengen.