Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1810

[p. 479]

Wagenaar's Verkorte Vaderlandsche Historie in Vragen en Antwoorden, voortgezet tot na den Landvrede van Tilsit, met inachtneming der aangenomen algemeene Spelling, ten dienste der Jeugd, in de Scholen en Huisgezinnen. Te Amsterdam, bij de Opvolgers van I. Tirion. In kl. 8vo. 200 Bladz.

De Titel van dit Vraagboekje wijst van zelf aan, en dat vrij opregt, in welken opzigte het vermeerderd en veranderd zij; te weten, vermeerderd met het voorgevallene tot na den Vrede van Tilsit, en veranderd in spelling, naar die van den Hr. siegenbeek. Maar, nu is de vraag: of deze vermeerdering en verandering gronds genoeg opleveren voor eenen nieuwen druk? En hierop antwoorden wij rondelijk, neen. Zoo veel ten minste behoorden thans onze Boekschrijvers en Uitgevers te weten, dat de Vraagboeken, waarin Vragen en Antwoorden aaneengeschakeld volgen, volstrekt geen ander nut hebben, dan voor hen, die dezelve van buiten leeren. Maar, om aan dit oogmerk te voldoen, behoort alles zeer kort en krachtig, en in zoodanig verband te worden voorgedragen, dat oorzaak en middel in het oog valle, dat het gewigtige uitkome, het mingewigtige, als het ware, met eene enkele pennestreek gemeld, en al het overtollige volstrekt worde weggelaten. Aan deze vereischten nu, die vooral in het geschiedkundige vak onontbeerlijk zijn, heeft het, in deze Verkorte Historie, altijd gemangeld, en, in het nu op nieuw geplaatste Bijvoegsel, is dat gebrek nog ongelijk grooter, zoodanig, dat men, hetzelve lezende, niets anders heeft, dan eene allerellendigste Kronijk, welke, in sommige jaarlijksche Tijdwijzers, dikwerf nog veel beter, dan alhier, gesteld is. De volgende inhoud der 57ste, of laatste, Afdeeling moge zelve getuigen, waarvan wij de Antwoorden van 30, 40, 60, ja tot 100 regels toe, bij verkorting mededeelen.

1.	Vraag.	Welke gevolgen had de Alliantie, in 1805 door Engeland met Rusland en Oostenrijk gesloten?
	Antw.	Den slag bij Austerlitz, der Franschen overwinning, en het Vredes - verdrag te Presburg.
2.	Vraag.	Hoe ging het in dezen tijd met den Oorlog ter Zee?
	Antw.	De Engelschen sloegen de vereenigde Fransche en Spaansche Vloot, en bemagtigden de Kaap de Goede Hoop.
3.	Vraag.	Bragt het Jaar 1806 geene nieuwe Staatsveranderingen te weeg?

[p. 480]

	Antw.	Ja, het Duitsche Rijk werd ontbonden; het Rijnverbond ontstond, en Napels en Holland werden tot Koningrijken, en Berg en Kleef tot een Groothertogdom, vervormd.
4.	Vraag.	Hoe werd de Koninklijke Regering in ons Vaderland ingevoerd?
5.	-	Welke waren de voorname bepaling(en) der genoemde Constitutionele Wetten?
6.	-	Kwam de Koning niet haast in eigen persoon, hier te lande, bezit nemen van zijnen troon?
7.	-	Door welke voorname Instellingen werd vervolgens de Koninklijke troon onderschraagd?
	Antw.	Door de Ridderorde, en, N.B. door de inrigting der Departementen.
8.	Vraag.	Genoot de Koning de noodige rust van buiten, om zich geheel en onafgebroken te wijden aan de binnenlandsche belangen?
9.	-	Hoe liep de daaruit ontstane Veldtogt af?
10.	-	Had de Vrede van Tilsit ook eenig bijzonder gevolg voor Holland?
11.	-	Bleef de zetel der Koninklijke Regering in den Haag?
12.	-	Welk zeer smartelijk verlies had het Koninklijk Huis in het jaar 1807 geleden?
13.	-	Welke blijde gebeurtenis vergoedde welhaast deze huisselijke ramp?
14.	-	Troffen het Koningrijk geene drukkende Volksrampen, gedurende de eerste jaren dezer Regering?
	Antw.	Ja, de ramp van Leyden op 12 Januarij 1807, de Zeeuwsche Overstroomingen op 14 en 15 Januarij 1808, de Watersnood der Rivieren op 12, 13, 14, 15 en 28 Januarij 1809, en - mogen wij er bijvoegen, -

de geduchte Volks-ramp van ellendige Kronijk-schrijvers, die allen smaak verbasteren.