Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1810

[p. 28]

Beknopt Vergelijkend Tafereel der Oude Geschiedenis, gevolgd naar het Fransch van den Heer Ch.S. le Prevost-d'Iray, Opziener over de Studiën aan het Keizerlijk Lyceum, te voren Professor in de Geschiedkunde aan de centrale Scholen van Parijs. In den Haag, bij Immerzeel en Comp. 1809. In folio.

De geschiedenis, van de vroegste bekende eeuwen tot op onzen tijd, is zoo uitgebreid in haren omvang, dat elke gepaste bijdrage, om hare beoefening te verligten, als een waardig geschenk voor de letterkunde moet geschat worden. Men kent in dit vak de verdiensten van paulus, bredow en anderen, en dit Tafereel van den Heer prevost verdient mede eene dankbare goedkeuring. Het overzigt, door hem in onderscheidene Tabellen gekozen, is verschillende. Na eene algemeene Inleiding over de eerste Maatschappijen, geeft hij, ten behoeve der Tijdrekenkunde, in dit eerste Stuk, welk de oude Geschiedenis tot op de Christelijke Jaartelling bevat, de verdeeling op in zes Tijdperken, ieder gekenmerkt door onderscheidene belangrijke gebeurtenissen; daarna in vierëntwintig Eeuwen, zoo in het Oosten als Westen, gekenschetst door de beroemde Mannen, welken iedere Eeuw heeft voortgebragt. Voorts behandelt hij de afzonderlijke Geschiedenis der voornaamste Volken, als de Hebreërs, Assyriërs, Egyptenaars, Pheniciërs, Grieken, Macedoniërs, Karthagers, Romeinen, die van Opper- en Klein-Azië en de Eilanders, in doorloopende kolommen, te gelijk met aanwijzing der jaren, welken hij, gemakshalve, altijd terug rekent tot op de geboorte van Christus. Alsdan deelt hij mede een kort berigt wegens de Chinezen en Japanners, ook van die Volken, wier geschiedenis tot geen vast tijdperk kan gebragt worden, of die slechts eenen korten tijd bestonden; en eindelijk, bij wijze van herschouwing, eene algemeene opgave der vierëntwintig Eeuwen, zoo als dezelve zich hebben onderscheiden door aanmerkelijke Gebeurtenissen. Uit dit overzigt ontwaren onze Lezers van zelve, hoe nuttig deze arbeid zijn kan voor ieder liefhebber der geschiedenissen, die zich dezelve, op deze wijze, gaarn in het geheugen terug roept,

[p. 29]

maar bovenal voor ieder Schoolleeraar, die zich daarvan met bijzonder voordeel tot zijn onderwijs kan bedienen, en dan ook bepaaldelijk voor de Jeugd, welke ook dit middel der zinnen ontvangt, om de geschiedenis zelve gemakkelijker in het geheugen te prenten. - De vertaling, hoe zeer wij die met het oorspronkelijke niet konden vergelijken, is ons echter in het algemeen voorgekomen, allezins getrouw te zijn. - Taal en spelling is vrij naauwkeurig. - Wij zien met verlangen het tweede Stuk te gemoet, dat de latere Geschiedenis der Christelijke Jaartelling tot op den tegenwoordigen tijd behelzen zal.