gebeurt, doet de man deswege zijn beklag bij den Opziener of den Eigenaar der plantaadje, die het huwelijk scheidt, en aan de echtgenooten vrijheid geeft, om van nieuws in den echt te mogen treden.
De hardheid, met welke de Negers voormaals in de Amerikaansche Volkplantingen werden behandeld, had voornamelijk daarin haren grond, omdat het opzigt over dezelve aan andere Negers werd vertrouwd; zints dit opzigt in de handen van Blanken is gesteld, heeft de zaak een gunstigen keer genomen. Gedurende al den tijd, welken ik op Demerary heb vertoefd, en op mijne menigvuldige togten in verre afgelegene landen, heb ik nooit verzuimd, aan de Negers, welke ik op de plantaadjen ontmoette, te vragen, of zij dit land boven Afrika schatteden; en ik kan verklaren, dat er onder honderd Negers niet een eenige was, die blijk vertoonde, dat hij zijnen voorgaanden stand betreurde; zelfs geloof ik te durven verzekeren, dat, indien aan alle de Negers in Guiana dezelfde vraag gedaan wierd, onder de honderd niet één zoude gevonden worden, die een ander antwoord zoude geven.
Men heeft altijd beweerd, dat het getal der Negers in deze Volkplantingen afnam, van wege de wreede behandeling, die hun aldaar werd aangedaan, en de sterfte, door het klimaat veroorzaakt. Het kan zijn, dat zulks voormaals plaats had; tegenwoordig evenwel is dit het geval niet. Geen nieuwe toevoer uit Afrika is er noodig geweest, om het getal der Negers te vermeerderen, of het ontbrekende aan te vullen; integendeel neemt dit getal toe, hoewel zulks naauwelijks merkbaar is, uit hoofde der menigvuldige plaatsen, alwaar dagelijks nieuwe plantaadjen worden aangelegd. Daarenboven, de oorspronkelijke kleur der zuivere Negerrassen verdwijnt, en moet meer en meer verdwijnen, door hunne vereeniging met de blanken, de mulatten, de kreolen en de mestisen, zonder dat daarom het getal der menschen vermindere.
In 1787 beliep de bevolking der Engelsche Volkplantingen in Amerika vijftigduizend blanken, tienduizend lieden van de kleur en vierhonderd vijfënzestig duizend slaven; in 1805 was dezelve geklommen tot op vijfënvijftig duizend blanken, achttienduizend lieden van de kleur en vijfhonderd tienduizend slaven. Op Jamaika alleen is het getal der laatstgemelden met vierëntwintigduizend vermeerderd,