Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1809

Tafereelen van zonderlinge gebeurtenissen, wonderlijke spelingen in de Natuur, en verbazende merkwaardigheden; ter vermeerdering van nuttige kennis. Getrokken uit de geloofwaardigste Schrijvers der voorgaande en tegenwoordige Eeuw. Met Platen. Iste Deel. In 's Hage, bij J. Immerzeel, Jun. 1808. In gr. 8vo. 192 Bl.

Acht-en-vijftig onderscheidene bijzonderheden, indien wij wel geteld hebben. Een Allerlei, dat zich lezen laat; terwijl men somtijds met weinig moeite, en somtijds maar ter naauwernood, aan de hier gegevene berigten geloof zal slaan. Somtijds vindt men eene aanwijzing van de bronnen, waaruit de Schrijver of Verzamelaar geput heeft; somtijds, en dat wel eens wanneer men dit vooral verlangen zou, ook niet. Hetgene het Voorberigt aan den Lezer zegt, mogen wij toestemmen: ‘Alle de u hier toegediende spijzen hebben dit bijzonder voorregt, dat, hoe hartelijk gij van dezelve moogt eten, niemand uwer daarvan eene ongestelde maag zal krijgen.’ Maar hetgene hij er bijvoegt: dat het gebrek aan

[p. 88]

matigheid in derzelver gebruik het leven niet zal verkorten, maar veel eerder zal behulpzaam zijn om hetzelve zoo lang mogelijk uit te rekken, gaat boven ons begrip. Immers wij kunnen niet zien, dat het berigt van de besnijding der Coptische en Hottentotsche Vrouwen, en wat meer van dien aard is, veel zal kunnen bijdragen tot het genoemde einde. Of misschien worden de weinige bladzijden, onder den titel van ‘Zielkundige voorschriften om het leven te verlengen,’ bij uitsluiting bedoeld. Misschien ook heeft leven hier eenen figuurlijken zin. Wij vatten het niet, maar willen den Schrijver en zijne Lezers lange en genoegelijke dagen wenschen. Het afschrijven der opschriften gedoogt ons bestek niet, en 't geven eener proeve stellen wij uit tot een volgend Deel.